bijl. nr. 329 Gelet op het vorenstaande zijn wij van mening dat, hoewel de bouwvergunning, gezien artikel 48 van de Woningwet, terecht geweigerd is, het bezwaarschrift van de V.D.H. kringgroep Tuinzigt Breda terecht is, voor zover dat heenwijst naar de verleende faciliteit aan de Bouvier Dressuurgroep Niettemin dient formeel het beroep ongegrond te worden verklaard, gezien de strijdigheid met het bestemmingsplan en derhalve gelet op het bepaalde in artikel 48 van de Woningwet. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 390, 3e lid van de bouwverordening 1978 is de heer Van Wanrooij, voorzitter van de V.D.H. kringgroep Tuinzigt Breda, in de commissievergadering van augustus 1982 in de gelegenheid gesteld te worden gehoord. Het proces-verbaal opgemaakt van deze hoorzitting, ligt voor U ter visie. Wij stellen U voor overeenkomstig bijgevoegd concept te besluiten tot ongegrondverklaring van het beroep tegen de weigering van de bouwvergunning. Ons college doet dit voorstel overeenkomstig het advies van de commissie ruimtelijke ordening. Een eventueel afwijkend advies 'wordt U tijdens de raadsvergadering mede gedeeld Burgemeester en wethouders van Breda, Merkx burgemeester. Van den Dam secretaris. ligt ter visie in de leeskamer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1414