Artikel 8
In dit artikel zijn de algemene uitzonderingen op de informa
tieplicht opgenomen. Deze gronden komen overeen met die zijn
genoemd in artikel 4 van de W.O.B. Deze gelden derhalve onver
kort voor de gemeentelijke bestuursorganen.
Artikel 9
De inhoud van dit artikel is in hoofdzaak aan de W.O.B. ont
leend (artikel 1, tweede lid). Een document is opgesteld
voor intern beraad als het is bestemd voor niet-openbare
behandeling, door het betrokken bestuursorgaan. Het gaat
hier vooral om ambtelijke adviezen, die leiden tot besluit
vorming door burgemeester en wethouders of de burgemeester.
De achtergrond van deze bepaling is, dat de interne menings
vorming niet door de openbaarheidswerking zou worden belem
merd.
Onder persoonlijke beleidsopvattingen zijn te brengen meningen,
opinies, commentaren, voorstellen, aanbevelingen, conclusies
waar bepaalde personen zich achter hebben gesteld, met de
daartoe door hen aangevoerde argumenten. Het behoeven geen
opvattingen van één persoon te zijn. Als een ambtenaar een
opvatting kenbaar maakt en het document waarin zijn mening
is weergegeven, passeert zijn chef, die door het stellen
van zijn paraaf blijk heeft gegeven die opvatting te delen,
dan bevat dat stuk de persoonlijke beleidsopvattingen van
de betrokken ambtenaar en zijn chef. Hetzelfde geldt ook
voor een rapport van bijvoorbeeld een ambtelijke werkgroep.
Als alle leden van die werkgroep de in het rapport weerge
geven opvatting delen dan is die gezamenlijke opvatting hun
persoonlijke beleidsopvatting. "Persoonlijke" beleidsopvat
ting is dus niet hetzelfde als "individuele" beleidsopvatting.
Volledigheidshalve wordt in dit verband nog verwezen naar
artikel 12, derde lid, van de verordening. Hieruit blijkt,
dat het verstrekken van de hier bedoelde informatie geschiedt
in geobjectiveerde vorm.
Tenslotte wordt erop gewezen, dat het betrokken bestuursorgaan
over persoonlijke beleidsopvattingen wel op een "actieve"
wijze informatie kan verschaffen. In dit verband wordt volstaan
met te wijzen op het derde en het vierde lid van artikel
15.
Artikel 10
Een belangenafweging als bedoeld in artikel 8, sub h, zal
in de praktijk vaak voorkomen. Het geven van informatie,
die in belangrijke mate de persoonlijke levenssfeer van een
derde betreft, moet als een uitzondering gezien worden. In
de Privacyverordening zijn onder meer:
- garanties gegeven voor de bescherming van persoonsgegevens;
- uitzonderingsgevallen aangegeven voor het geven van informa
tie over derden en ook voorwaarden waaraan voldaan moet
worden.
- 12 -