aan de raad der
gemeente Breda
Bijlage nr. 427
Antwoorden op door raadsleden
gestelde vragen.
VRAAG (gesteld d.d. 5-10-1982)
De heer Ten Wolde:
Volgende week donderdag hebben wij opnieuw een raadsverga
dering, terwijl voor zover ik weet op het ogenblik nog nie
mand een stuk binnen heeft.
Indertijd is afgesproken dat de raadsstukken op z'n minst
twee weken van tevoren bij de raadsleden op tafel zouden
liggen. Ik zou het college willen vragen hoe het hierin denkt
te voorzien en ik verzoek het primair zich te houden aan de
afspraak die we ter zake hebben gemaakt.
Als de fracties de raadsstukken er binnen een zeer beperkt
aantal dagen "door moeten douwen", ontstaat een bijna onwerk
bare situatie.
ANTWOORD
Ingevolge het Reglement van Orde (artikel 10) worden de agen
da en de daarbij behorende vergaderstukken als regel ten
minste veertien dagen voor de dag waarop de raadsvergadering
zal wordèn gehouden aan de leden toegezonden.
Van deze regel is in het begin van de huidige zittingsperiode
van de gemeenteraad afgeweken. Deze afwijkingen zijn mede
veroorzaakt, doordat eerst op 16 september jl. door de gemeen
teraad is besloten tot instelling van de huidige raadscommis
sies. De raadsvergaderingen waren uiteraard ook nodig in ver
band met de afhandeling van deels oude voorstellen.
Zoals U bekend is, zijn in het vergaderschema tevens de data
nader aangegeven, waarop de stukken voor de raadsvergaderinge
dienen te worden toegezonden. Dit is gedaan om hierdoor een
tijdige toezending van deze stukken te bevorderen.
Ik meen, dat in de toekomst het te laat toezenden van ver
gaderstukken kan worden voorkomen.
VRAGEN (gesteld ingart. 48, 2e lid R.v.O.)
De heer Simons
1. Bestaan er of vanuit de landelijke overheid of vanuit de ge
meente Breda normen voor haardracht en/of kleding waaraan
bij het Gewestelijk Arbeidsbureau ingeschreven werkzoeken
den, die een uitkering van de gemeentelijke sociale dienst
ontvangen, dienen te voldoen?