- 5 - bijl- nr71 Zij verzoekt U derhalve onderstaande vragen ex art. 48 R.v.O. zo mogelijk voor 10 februari a.s. te beantwoorden. 1. Zijn er op enigerlei wijze door de gemeente tegenover derden verplichtingen aangegaan met betrekking tot de uitvoering van de 2e, 3e en 4e fase van de centrale verkeersregeling? 2. Zo ja, a. Waaruit bestaan die verplichtingen, op welk moment zijn die aangegaan en op welke wijze zijn die vastgelegd? b. Wanneer is Uw college van deze verplichtingen op de hoogte gesteld? c. Heeft Uw college machtiging verleend tot het aangaan van deze verplichtingen en zo nee, welke maatregelen denkt het college te gaan nemen om dergelijk eigenmach tig optreden van ambtelijke diensten of functionarissen in de toekomst te voorkomen? d. Wat zijn de consequenties van een eventueel besluit van de raad om alsnog af te zien van de uitvoering van een 2e, 3e en 4e fase van de centrale verkeersregeling, dan wel te kiezen voor een ander regelingssysteem? Antwoord In antwoord op Uw vragen delen wij U mede, dat het raadsvoor stel tot het beschikbaarstellen van een krediet voor het invoe ren van de 2e, 3e en 4e fase van de centrale verkeersregeling om procedurele redenen reeds geplaatst was op de agenda van de vergadering van de raad van 11 februari. Na behandeling van dit voorstel in de vergadering van de commis sie ruimtelijke ordening op 28 januari 1982 is via een aanvul ling op raadsagenda medegedeeld, dat dit voorstel van de raads- agenda is afgevoerd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 284