4 I
bij bijl.nr. 79
10a. Burgemeester en wethouders nemen eerst een beslissing,
nadat advies is gevraagd aan een commissie bestaande
uit de volgende leden:
- de wethouder van personeelszaken als voorzitter
- twee directeuren, hoofden van diensten en bedrijven
die niet bij de overplaatsing zijn betrokken
- twee afgevaardigden van de commissie voor gemeente
lijk overleg in personeelszaken.
b. Het secretariaat van de commissie berust bij de chef
van de afdeling personeel en organisatie.
c. Eventueel kan de commissie adviezen inwinnen betreffende
juridische, medische en psychologische aspecten.
11a. Binnen één maand na ontvangst van het bezwaarschrift
brengt de commissie als bedoeld onder 10 aan het college
van burgemeester en wethouders advies uit.
b. De commissie hoort zowel klager als het betrokken hoofd
van dienst, waarbij klager zich door een raadsman kan
doen bijstaan.
12. Het college besluit binnen 14 dagen na ontvangst van
het door de commissie uitgebrachte advies.
13. Tegen de beslissing op het bezwaarschrift staat binnen
30 dagen na dagtekening van de mededeling van het besluit
beroep open bij de ambtenarenrechter.
14. Het indienen van een beroepschrift ontslaat de ambte
naar ingevolge artikel F 11, lid 2 en lid 3 niet van
de verplichting het hem aangeboden werk, zolang op het
beroepschrift nog niet is beslist, te verrichten.
III. 1. De ambtenaar zal in zijn nieuwe functie worden geïntrodu
ceerd en op zo goed mogelijke wijze worden begeleid.
2. Ingevolge artikel F 27 lid 2 a.a.r. kan de ambtenaar,
die niet aan de functie-eisen zoals die zijn gesteld
voldoet, de verplichting worden opgelegd tot het vol
gen van een studie.
De hieraan verbonden kosten worden volledig vergoed.
3. Uiteraard dient bij het opleggen van de verplichting
tot het volgen van een studie zoveel mogelijk rekening
te worden gehouden met de persoonlijke omstandigheden
van betrokkene.
4. Onkostenvergoedingen zijn gerelateerd aan een functie
en de uitoefening daarvan. Wanneer deze kosten in de
nieuwe functie niet langer worden gemaakt is er geen
grond aanwezig de vergoeding te continueren.
5a. De ambtenaar aan wie op grond van de studiefaciliteiten
verordening rechten zijn toegekend wordt in de gelegen
heid gesteld zijn studie af te ronden.
- 4 -