Hoofdstuk 2 Drughulpverlening in het verleden
De stad Breda werd in 1968 via de media voor het eerst geconfron
teerd met het drugprobleem. Voor die tijd hadden het Consultatie
bureau voor Alcohol en Drugs (CAD) en de gemeentelijke Gezondheids
dienst (GGD) te Breda incidenteel contacten met druggebruikers.
Deze contacten kwamen meestal tot stand via justitiële verwijzing
of via de destijds actieve jeugdclub "Provadja".
De confrontatie met het drugprobleem resulteerde in:
- het oprichten van een drugteam Breda;
- een zich uitbreidend adolescentenspreekuur (GGD).
Drugteam Breda
Het drugteam, dat 1 december 1969 werd opgericht, stelde zich ten
doel de samenwerking met, de coördinatie van de en afstemming van
de verschillende hulpverleningsmogelijkheden voor druggebruikers, f
die door het Ministerie van Justitie werden verwezen, te bevorderen.
Vertegenwoordigers van justitiële instellingen, waaronder de
Reclasseringsraad, de Algemene R_eclasserings Vereniging (ARV), het
CAD en de district-psychiater hadden zitting in dit drugteam.
Vrij spoedig na de oprichting kwam het drugteam in aanraking met de
activiteiten van de GGD, hetgeen een uitbreiding van het drugteam
met een vertegenwoordiger van de GGD noodzakelijk maakte.
Wegens onvoldoende, vrijgestelde mankracht is het drugteam nooit
tot echte bloei kunnen komen. Wel kan als resultaat genoemd worden
de functionele samenwerking tussen CAD en GGD.
Adolescentenspreekuur
Het grote aanbod van psychische problemen op het adolescenten-
spreekuur van de GGD was mede aanleiding tot het oprichten van
.een psychologisch geënt hulpverleningsinstituut "de adolescenten-
dienst". Hier konden druggebruikers altijd terecht met medische en
andere problemen, die het gevolg waren van druggebruik.
In de loop der tijd kwam het probleem meer en meer in de publieke
belangstelling, wat tot gevolg had dat de overheid financiële
steun ging verlenen.
Op initiatief van het drugteam werd door 10 instellingen het Jon9eren
_Advies £entrum (JAC) opgericht.
De eerste jaren zijn het met name bovengenoemde instellingen ge
weest die zich met hulpverlening aan druggebruikers en de preventie
(Coördinatie-Commissie Drugvoorlichting) hebben beziggehouden.
Vanaf 1975 veranderde de situatie geleidelijk. Het druggebruik werd
min of meer als een maatschappelijk gegeven geaccepteerd, steeds meer
jongeren kwamen in aanraking met het drugprobleem en de algemene hulp
verleningsinstellingen waren onvoldoende geëguipeerd om drugver
slaafden goede hulp te bieden. In de loop der tijd trokken de
Adolescentendienst en het JAC zich dan ook uit de hulpverlening
terug, zodat voor de continuering van de drughulpverlening slechts
het CAD en de GGD overbleven. De reclasseringsverenigingen assisteer
den hen hierbij regelmatiger dan voorheen.
-4-
