Hierbij gaan de gedachten uit naar straathoekwerk, een eerste op
vang met een medische- en psycho-sociale hulpverlening en daaraan
gekoppeld de methadonverstrekking.
Hiermee wordt aangegeven dat het verstrekken van methadon aller
eerst gericht is op het verminderen van de drugafhankelijkheid
(detoxificatieSlechts in uiterste noodzaak kan de methadon
verstrekking gericht zijn op het in stand houden van de verslaving
en het verminderen van de risico's van dit gedrag (onderhouds-
programma)
Het hoogdrempelig hulpaanbod richt zich op verslaafden, die gemo
tiveerd zijn hun verslavingsgedrag te doorbreien. Als aanvulling
op bestaande, klinische ontwenningsprogramma's elders, denkt de
beleidsgroep aan het starten van een dagcentrum in Breda. Hier
kunnen verslaafden medisch, psycho-sociaal en maatschappelijk
begeleid worden.
Het starten van een dagopvang-mogelijkheid is zo belangrijk omdat
wanneer verslaafden lichamelijk de drugs ontwend zijn, met of
zonder metahdon, dit geestelijk nog niet direct het geval zal zijn.
De dagelijkse handelingen van de verslaafde worden aan zijn ver
slaving ondergeschikt gemaakt, zo kwam al naar voren.
Wanneer de verslaafde zijn verslavingsgedrag aan de kapstok hangt,
betekent dit niet dat .de "normale" dagelijkse handelingen direct
weer opgenomen zullen worden. De verslaafde moet in deze fase ge
holpen worden om op een goede manier wat met zijn, veelal vrije
tijd te doen.
Het terugplaatsen van de (ex-)verslaafde in zijn oude situatie,
maakt het terugvallen in het oude gedrag wel haast zeker.
Hulpverlening zonder follow-up, zonder in een totaal-beleid te
worden ingepast, is geen hulpverlening (zie hoofdstuk 1).
De nazorg, het begeleiden van het proces van terugkeer in de samen
leving van de (ex-)verslaafde is dan ook een wezenlijk onderdeel
van de drughulpverlening.
Bovenstaande visie op de drughulpverlening geeft duidelijk de grenzen
van de hulpverlening aan. De groep verslaafden, die niet wil of
kan voldoen aan de minimale voorwaarde het verslavingsgedrag be
spreekbaar te maken, zal dan ook niet in het hulpverleningscircuit
opgenomen kunnen worden.
â– Uitgangspunt bij het benaderen van niet-gemotiveerde verslaafden
zal veelal zijn het aanvaarden van de verslaving, door bijvoorbeeld
vrije middelenverstrekking, met daarbij de mogelijkheid de negatieve
gevolgen van verslaving voor zowel de verslaafde als de maatschappij
beperkt te houden. Vanuit de hulpverleningsoptiek heeft dit uitgangs
punt negatieve aspecten, op deze wijze wordt verslaafden de mogelijk
heid geboden op een aangename manier verslaafd te zijn en te blijven,
waardoor de kans om echt uit de problemen te komen via medische,
psycho-sociale en maatschappelijke hulpverlening voor een aantal
verslaafden in feite wordt weggenomen.
Wanneer dergelijke verslaafden zonder meer in een hulpverlenings
circuit worden opgenomen, waarin aan de groep verslaafden die wel
met het verslavingsgedrag willen breken hulp geboden wordt, heeft dit
negatieve gevolgen voor de laatsgenoemde groep.