Bijlagenummer7
2
De subsidiebeschikking van het ministerie van C.R.M. d.d. 14
september 1981 ligt ter visie.
De provincie Noord-Brabant heeft geen investeringssubsidies
beschikbaar gesteld.
De jongerenopvang maakt deel uit van het bredere gemeentelijke
beleid naar jongeren. In de onlangs gepresenteerde discussie
nota "jeugd- en jongerenbeleid", oktober 1981, is de samenhang
tussen onderdelen van het beleid opgenomen.
In deze nota is eveneens aangegeven waarom de jongerenopvang
bij de uitwerking hoge prioriteit krijgt.
Met de omvorming van het jongerencentrum de Pluu is een begin
gemaakt met de uitwerking van een nieuwe weg om jongeren op
te vangen.
Dit resulteerde in een andere inzet van de beroepskracht van
de stichting de Pluu. De begeleiding van het eerste buurtge
richte opvangproject t.b.v. de jongerengroep de Freetimers werd
hierdoor mogelijk.
De voorbereiding om een tweede en derde project te starten zijn
in volle gang.
De middelen voor de begeleiding komen vanuit een andere inzet
van de begrotingsgelden van het jonge-rencentrum de Pluu en nieuwe
middelen in de begroting van de dienst voor jeugd, sport en
recreatie in 1981.
Het opzetten van deze projecten is slechts het begin van een
omvangrijkere aanpak.
De bredere aanpak wordt mogelijk door honorering van de subsi-
die-aanvrage door het ministerie van C.R.M. Aan deze subsidie
toekenning zijn voorwaarden verbonden, die als bijlage zijn
toegevoegd aan de nota "ambulant jongerenwerk."
Belangrijke zaken daarbij zijn:
- de werkwijze zal in nauwe relatie met de bestaande disciplines
opgezet worden;
- het werk moet in een zgn. projectorganisatie plaatsvinden.
Om dit te bereiken is gestreefd naar een opzet waarbij instel
lingen en groeperingen direct betrokken zijn. Vanaf 1979 vindt
dit overleg plaats in de Overleggroep Jongerenopvang, waaraan
de instellingen en de gemeentelijke functies deelnemen.
Het afrondende overleg over de inrichting van de projectorgani
satie is met de vier direct betrokken instellingen, zijnde de
Stichting Buitenlanders, het Instituut voor Maatschappelijk
Welzijn, het Jeugd- en Jongerencentrum en de stichting Pluu
gevoerd.
Het ging daarbij om een adequate werkorganisatie op te bouwen
die kan steunen op een breed draagvlak bij jongeren en welzijns-
instellingen.
2. Overleg over de concept-nota
Het overleg over een eerste versie van de nota "ambulant jongeren
werk" is begin september gestart.
