aan de raad der gemeente Breda I 9-3-1982 Bijlage nummer 113 Voorstel van burgemeester en wethouders inzake vaststel ling van de bedragen per leerling voor 1982 ten be hoeve van het buitengewoon onderwij s Ingevolge het bepaalde in artikel 186 en 189 van het besluit buitengewoon onderwijs 1967 bepaalt de gemeenteraad het bedrag per leerling dat ten behoeve van de verschillende soorten scho len voor buitengewoon onderwijs beschikbaar wordt gesteld ter bestrijding van de materiële exploitatiekosten van die scholen. Bij de vaststelling van het bedrag per leerling wordt voor de openbare scholen als maatstaf genomen het bedrag dat voor deze scholen ter beschikking wordt gesteld ter bestrijding van de kosten bedoeld in artikel 55 onder e tot en met h, p en r van Lager-onderwijswet alsmede de kosten van instandhouding. Dit bedrag is maatstafgevend voor de overeenkomstige bijzondere scholen. Voor de overige scholen wordt als maatstaf genomen het bedrag dat voldoende moet worden geacht voor de redelijke behoeften van een in normale omstandigheden verkerende school van de be treffende soort. De in de bijgevoegde concept-besluiten genoemde bedragen zijn gebaseerd op de door de minister van financiën verstrekte richt lijnen om voor volledige rijksvergoeding van de kosten in aanmer king te komen alsmede het advies van de inspecteur buitengewoon onderwij s Behalve een bedrag ter bestrijding van de materiële exploita tiekosten moet een bedrag voor de bestrijding van de administra tiekosten worden vastgesteld als bedoeld in artikel 189, achtste lid van het besluit buitengewoon onderwijs.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 535