4
bijl.nr. 175
kwaliteit, onderhoudsnorm en structuur van het groenareaal
in de gehele stad, wordt in het structuurplan tevens een
visie ontwikkeld welke moet leiden tot:
a. het terugbrengen van het totale areaal aan groen in
de stad;
b. het groen zodanig structureren, dat het op basis van
ca. 350 uren per ha per jaar onderhouden kan worden.
Het totaal areaal groen is in de afgelopen decennia rela
tief sterk toegenomen. De aanleg hiervan vormde nauwelijks
problemen omdat de exploitatie-opzetten van de bestemmings
plannen nagenoeg geheel in de financiering voorzag. Het
knelpunt vormt het onderhoud. De uitgaven voor het onder
houd (geld en mankracht) bieden geen ruimte meer voor
investeringen en leiden er toe dat de beschikbare capaci
teit in manuren voor het onderhoud zakt. Het budget houdt
geen gelijke tred met de toename van het groenareaal.
De sanering van het openbaar groen wijkt in beginsel niet
af van de sanering van een bedrijf waarin overproduktie
dreigt.
De sanering moet met name gericht worden op:
1. afslanken, dit wil zeggen beperken van het areaal;
2. herstructureren; behoud en versterking van dat wat
als ruggegraat van de stedelijke groenvoorziening kan
worden beschouwd en het afstoten van minder wezenlijke
en arbeidsintensieve ballast;
3. nieuwe investeringen, vooral gericht op verbetering
van de kwaliteit;
Kortom bij de sanering gaat het zeker niet alleen om het
afstoten van openbaar groen (geen uitverkoop dus) maar
veel meer om het behoud en de verbetering van de structu
rele kwaliteit van het groen dat blijft. In dit kader
zullen ook de nodige vervangingsinvesteringen moeten wor
den gedaan.
Deze operatie impliceert tevens dat voor de gehele stad
een groenstructuurplan dient te worden opgesteld. Het
verkopen van groen aan particulieren als tuin e.d. of
als bouwterrein dient immers niet incidenteel en zonder
een totale visie op de groenstructuur, minstens voor een
groter gebied te gebeuren.
Uitvoering in de praktijk
Door het afstoten van gronden, welke thans als groenvoor
ziening in gebruik zijn, komen financiële middelen vrij,
welke in elk geval een handreiking kunnen bieden in het
kader van de uitvoering van de geschetste beleidslijn.
De realisering van het nieuwe groenbeleid zal in elk geval
gelijke tred moeten houden met het saneringsproces.
Op dit moment is nog onvoldoende zicht op de omvang en
het tempo van dit proces en derhalve op de opbrengsten,
welke binnen redelijke termijn te verwachten zijn. Boven
dien is ten aanzien van deze zaak de discussie in relatie
met grondbedrijf en algemene dienst nog niet afgerond.