aan de raad der
gemeente Breda
I
23-3-1982
SD/5/8201644
Bijlage nummer
206
Voorstel van burgemeester en
wethouders tot vaststelling
van de tijdelijke subsidie
verordening maatschappelijke
dienstverlening
Op 1 januari 1982 is door het ministerie van cultuur, recreatie
en maatschappelijk werk de "Rijksbijdrageregeling Maatschappe
lijke Dienstverlening Fase I" ingevoerd.
Deze rijksbijdrageregeling omvat de navolgende terreinen:
a. het algemeen maatschappelijk werk;
b. de adviesbureaus voor jeugd en gezin;
c. de sociale raadslieden;
d. de maatschappelijke advies- en informatie centra;
e. de telefonische hulpdiensten;
f. de ambulante hulpverlening bij ongehuwd moederschap en alleen
staand moederschap;
g. het maatschappelijk werk voor geestelijk gehandicapten;
h. de provinciaal maatschappelijk werk-adviseur voor de revali
datie
De terreinen genoemd onder g. en h. komen te behoren tot de
bemoeienissen van de provincie. De overige worden gerekend tot
de bemoeienis van de gemeente.
In hoofdstuk III van de rijksbijdrageregeling (ligt ter visie)
worden de voorwaarden aangegeven voor het verlenen van een rijks
bijdrage aan de gemeente. Hierbij zij aangetekend dat voor de
jaren 1982 en 1983 overgangsbepalingen gelden. Voor deze jaren
wordt nog geen plan en programma geëist. In verband hiermee zijn
de artikelen met betrekking tot het plan en programma voor deze
periode niet van toepassing verklaard. Evenmin behoeft een ver
slag te worden ingezonden. De staatssecretaris stelt voor dat
voor deze periode ook de subsidieverordening nog niet behoeft
te worden vastgesteld.