- 3 - bijl. nr. 218 een besluit zal moeten nemen of het IBV opgeno men kan worden in het welzijnsplan van de Gemeente Breda (rijksbijdrageregelingen). Dat deze systema tiek de meest geëigende is blijkt onder andere uit de circulaires hieromtrent van het ministerie van CRM (bijlage III) Wij zijn ons bewust van het feit dat wij hiermee een nieuw initiatief toevoegen aan de maatschap pelijke dienstverlening, waarbij met betrekking tot de financiering in de toekomst wellicht geen extra middelen zullen kunnen worden gevonden. Het proces van afweging komt pas later, nu kan er in onvoldoende mate afgewogen worden. Men kan slechts in beperkte mate vooruitzien. Immers de inhoud, het effect van het "IBV is voor Breda op dit ogenblik onvoldoende bekend. Voorts weten wij nu niet welke zaken er over twee tot vijf jaar in het centrum van de belangstelling van het we1zijnsgebeuren zullen staan. Uit vorengaande blijkt dat onze fractie, gezien de maatschappelijke ontwikkelingen op het ter rein van het vrijwilligerswerk veel waarde hecht aan oprichting van de centrale zoals voorgesteld door de startgroep IBV. Al werkend kan zo nodig en zo wenselijk het beleid bijgesteld worden. Hierin komt ook tot uitdrukking dat wij hechten aan meedenken en medewerken van de burgers over problemen die ons allen in bijzondere mate bezig houden (bijlage I"V) Wij stellen u voor te besluiten het college opdracht te geven zo spoedig mogelijk de startgroep I3V en het ministerie van CRM in kennis te stellen van het feit dat de gemeente Breda zich in prin cipe beleidsmatig, betrokken voelt met het initiatief op grond waarvan verondersteld mag worden dat de--" gemeente Breda, bij positieve evaluatie, het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 986