bijl.nr. 278 De opvangfunctie kan min of meer worden gezien als één van de reeds bestaande functies van het sociaal-cultureel werk (club- en buurthuiswerk/jongerenwerk)Tot deze functie kun nen die sociaal-culturele activiteiten worden gerekend die zijn gericht op tijdsbesteding zoals het bieden van ontmoe tingsmogelijkheden en het organiseren van re-creatieve activiteiten in de persoonlijke interesse - c.q. hobby sfeer. Bij voorkeur dienen deze activiteiten deel uit te maken van het algemene activiteitenaanbod (voor jongeren); hiermede kunnen isolerende en/of stignatiserende effecten worden voorkomen Dit geldt niet voor de activerende functie van het sociaal- cultureel werk. Deze functie dient direct te worden afge stemd op de behoeften/problemen voor werkloze jongeren. Deze gerichte benadering is gezien de ernst en de omvang van de problematiek vereist. Tot de activerende functie kunnen onder meer worden gere kend - activiteiten gericht op voorlichting en informatie aan werkloze jongeren; - activiteiten gericht op de ondersteuning/begeleiding van werkervaringsprojecten; - activiteiten gericht op belangenbehartiging. Deze activiteiten zijn in meerdere of mindere mate gericht op de versterking van de maatschappelijke c.q. arbeids markt positieve van werkloze jongeren. Bovengenoemde activerende functie van het sociaal-cultureel werk is niet nieuw. In zekere zin wel "nieuw" is de jeugdwerk- loosheidsproblematiekVan instellingen voor het sociaal cultu reel werk mag worden verwacht dat zij gerichte aandacht beste den aan deze problematiek en de bestrijding daarvan. Hiertoe zullen de nodige prioriteiten moeten worden gesteld. Een prioriteitsstelling die zich grotendeels dient te vol trekken binnen de bestaande financiële grenzen. Bestaande activiteiten zullen moeten worden ingevuld voor deze nieuwe aanpak; een verschuiving binnen het programma van het s.k.w. is veelal onvermijdelijk. In het gemeentelijk jeugdwerkplan wordt gewezen op deze nood zaak om te komen tot nieuwe vormen van activiteiten". De door het ministerie van W.V.C. beschikbaar gestelde finan ciële middelen kunnen t.a.v. deze functievernieuwing stimu lerend werken. Wil het sociaal-cultureel werk in deze méér dan het verlenen van "hand- en spandiensten" dan zal intensief moeten worden samengewerkt met andere sectoren als het onderwijs (vormings centra/streekscholen), de arbeidsbemiddeling (G.A.B.), het bedrijfsleven, de lokale overheid (o.a. G.S.D.) enz. - 4 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1200