bij bijlagenr. 293
3. Met betrekking tot slachtdieren, welke zullen
worden geslacht elders dan in slachterijen,
kunnen burgemeester en wethouders, in afwijking
van het bepaalde in het eerste en het tweede lid,
dagen en uren vaststellen voor zowel de keuring
vóór, als de keuring na het slachten.
4. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regelen
stellen met betrekking tot het bepaalde in het
eerste en het tweede lid.
Artikel 12
1Indien de keuringsdierenarts zulks voor het nemen
van de keuringsbeslissing noodzakelijk acht, mag
hij zijn keuringsuitspraak uitstellen met dien
verstande, dat deze niet later wordt gegeven dan
op de tweede werkdag na die, waarop de keuring na
het slachten werd aangevangen.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid,
kan de keuringsdierenarts de keuringsuitspraak in
bijzondere gevallen verder uitstellen.
Artikel 13
Degene, die een slachtdier ter keuring heeft aange
boden is verplicht, indien na het slachten het vlees
voorwaardelijk is goedgekeurd, dit onder ambtelijk
toezicht over te brengen of te doen overbrengen naar
een door het hoofd aangewezen plaats.
Artikel 14
1. Indien na het slachten van een slachtdier, het
vlees wordt afgekeurd of voorwaardelijk wordt
goedgekeurd, wordt hiervan door de zorg van het
hoofd een schriftelijk bewijs opgemaakt, waarin
de datum en de reden van de afkeuring of van de
voorwaardelijke goedkeuring, alsmede - indien
aanwezig - het nummer van het oormerk of kenmerk,
worden vermeld.
2. Een afschrift van het in het eerste lid bedoelde
bewijs, waarop het woord "AFSCHRIFT" op duide
lijke wijze is vermeld, wordt uitsluitend afgege
ven aan degene die het vlees ter keuring heeft
aangeboden
- 6 -