aan de raad der gemeente Breda bijlagenr. 332 IZ/- Antwoorden op door raadsleden gestelde vragen. VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 19-5-1983) De heer Dreef Onze fractie heeft op 18 mei een schrijven van de zijde van het college van burgemeester en wethouders ontvangen in verband met een in juni te houden conferentie van het Landelijk Overleg Vredesorganisaties. In de tweede alinea schrijft het college dat het niet aan de discussie wil deelnemen en dat het dat heeft laten weten. Kunnen wij worden geïnformeerd over de argumenten op grond waar van het college tot niet-deelneming heeft besloten? Ik wijs in dit verband op de belangrijke rol die Breda in het gebeuren zal hebben. ANTWOORD Het besluit van het college van burgemeester en wethouders is ingegeven door de overweging, dat de tijd bij de collegeleden ontbrak om aan deze conferentie deel te nemen. Inmiddels is alle leden van de raad een notitie toegezonden, waarover de raad en de commissie Algemene Zaken zich na de vakantie zullen buigen. Het spreekt voor zich dat bij die gedachtenwisseling de resul taten van de studieconferentie betrokken zullen kunnen woeden. Een en ander is eveneens weergegeven in de behandeling van de interpellatie van de heer De Werd in de vergadering van de ge meenteraad van 9 juni jl.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1402