bijl.nr. 332
-17-
Wij hebben opdracht gegeven om bovenbedoelde maatregel zo spoe
dig mogelijk uit te voeren.
VRAAG (d.d. 24-6-1983 gesteld ing. art. 48, 2e lid R.v.O.)
De heer Simons
1. Is het college bekend dat het naaktstrand aan de Galderse
Meren, zoals dat voorgaande jaren bestond, praktisch verdwenen
is als gevolg van de werkzaamheden aan de plas?
2. Is het college niet met de PSP-fractie van mening dat
er ook voor dit jaar en komende jaren ruimte moet zijn om
naakt te recreëren aan de Galderse Meren en waarbij dat
strandgedeelte ook toegankelijk is voor surfers die aan dat
strand willen vertoeven?
3. Is het college bereid op de kortst mogelijke termijn die
voorzieningen te treffen die het mogelijk maken dat er een
strandgedeelte komt waar doorgaand verkeer om de plas wordt
geweerd, waardoor de naaktrecreanten hun oude in het verleden
bevochten plek aan de Galderse Meren terug krijgen?
ANTWOORD
1. In het kader van het wegwerken van het exploitatietekort
van het zandwinproject in het Galderse Merengebied, is in
1979 door ons college besloten aan de zuidelijke put versneld
zand te gaan winnen. Als gevolg hiervan is de zuidelijke
plas qua wateroppervlakte vergroot, waardoor ook het oever
gedeelte waar de naaktrecreatie toen plaats vond in de loop
der jaren is verdwenen.
2. Bij de afronding van de versnelde zandwinning is er rekening
mee gehouden dat het naaktrecreatiegebeuren (binnen de voor
waarden zoals aangegeven in een brief van de minister van
justitie van medio 1975 aan de eerste kamer) zijn plaats
aan de zuidpias herkrijgt. In overleg met representanten
van de naaktrecreanten is hiervoor als voorlopige locatie
een terrein aan de noord-oostelijke oever gekozen.