bijl.nr. 358 In de aanbiedingsbrief stelt de staatssecretaris dat hij de medewerking van de colleges van burgemeester en wethouders bij een snelle invoering van de Wet voorzieningen gezondheidszorg op hoge prijs zou stellen. Als eerste zullen, bij de voornoemde gefaseerde invoering van de W.V.G., onder de wet gebracht worden: - de eerstelijns gezondheidszorg; - de basis gezondheidszorg; - de ambulante geestelijke gezondheidszorg; - de ambulante verslaafdenzorg; - het ambulancevervoer. Met spoed dienen onder de W.V.G. te worden gebracht de "huis artsen, de fysiotherapeuten en het kruiswerk". Bij huisartsen en fysiotherapeuten gaat het daarbij om het "vestigingsbeleid; bij het kruiswerk om het "erkenningen- en planningsbeleid" Aldus de staatssecretaris in zijn notitie. Het is duidelijk dat in deze invoeringsfase de zorg van de ge meentebesturen het meeste uit zal moeten gaan naar de eerste lijns gezondheidszorg en de basisgezondheidszorg. Echter zullen op rijksniveau eerst richtlijnen ten behoeve van de planning moeten zijn vastgesteld en de normen ten behoeve van het vestigingsbeleid gereed dienen te zijn. De staatssecretaris stelt hierover in zijn notitie het volgen de "Wanneer de richtlijnen, kwaliteitseisen en normen gereed zijn en de betrokken voorzieningen onder W.V.G. zullen zijn ge bracht, kunnen bevoegdheden worden toegekend aan de lagere over heden. Deze bevoegdheden zullen van begin af aan zowel betrek king hebben op erkenning, samenhang, vestiging en bouw als op planning" Verder stelt hij: "Om bevoegdheden te kunnen toekennen is echter wel noodzake lijk, dat de bestuursorganisatorische maatregelen gereed zijn". Als zodanig geeft hij aan: - de gebiedsindeling ten behoeve van beleidsvorming en plan ning; - de taakverdeling tussen de overheden en de samenhang in het overheidsbeleid; - de betrokkenheid van het veld, verzekeringsinstellingen en patiëntenorganisaties bij de beleidsvorming en planning (ad vies- en overlegstructuur) - de informatievoorziening ten behoeve van de beleidsvorming en planning In de aanbiedingsbrief stelt de staatssecretaris dat in de ko mende periode aandacht zou kunnen worden geschonken aan: - een inventarisatie van voorzieningen; - de voorbereiding van bestuursorganisatorische maatregelen. - 6 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 1562