bijl= nr. 58
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 4-11-1982)
De heer De Werd
Uit berichten in De Stem blijkt dat zich enige problemen
voordoen dan wel dreigen bij de vuilstort Bavel-Dorst. Ener
zijds is gebleken dat soms in strijd met de hinderwetvergun
ning wordt gehandeld, dat met name soms de stort niet wordt
afgedekt, terwijl anderzijds zodanige voorbereidingen voor
de uitbreiding van de vuilstort lijken te worden getroffen
dat, indien de voorlopige voorzieningen, te treffen vanwege
de Raad van State, nog lang op zich laten wachten, het tref
fen van bepaalde voorzieningen niet meer mogelijk zal zijn.
Over deze beide zaken is onze fractie erg bezorgd en wij
verzoeken het college dan ook er via het Stadsgewest bij de
Grontmij met grote klem op aan te dringen dat men zich aan
de hinderwetvergunning houdt. Voorts verzoeken wij U erop
aan te dringendat iedere voorbereiding voor de uitbreiding
achterwege wordt gelaten indien ook maar enigszins kan worden
verwacht dat de Raad van State op het betreffende punt een
voorlopige voorziening zal treffen. In verband hiermee is
een snelle reactie in de richting van het Stadsgewest en
via dit naar de Grontmij onzes inziens noodzakelijk. Ik ver
zoek U tevens de raad van de reacties van Stadsgewest en
Grontmij op de hoogte te stellen.
ANTWOORD
Op 30 november 1982 heeft de voorzitter van de afdeling ge
schillen voor bestuur van de Raad van State uitspraak ge
daan op de schorsingsverzoeken en gevraagde voorzieningen.
De verzoeken en de gevraagde voorzieningen zijn allen afge
wezen. De Grontmij kan derhalve gebruik maken van de aan
haar verleende vergunning ingevolge de Afvalstoffenwet.
Via de bestuurscommissie afvalverwerking van het Stadsgewest
is de Grontmij nogmaals geattendeerd op het belang van de
naleving van de aan haar verleende vergunningen.
-2-