bijl. nr. 58
Met betrekking tot het controlevraagstuk hebben wij inmiddels
een voorlopig standpunt bepaald en dit ter kennis gebracht
aan het Stadsgewest. Een afschrift van de daarop betrekking
hebbende brief hebben wij inmiddels voor de raad ter visie
gelegd.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 9-12-1982)
De heer Dreef
Bij de behandeling van de ingekomen stukken heb ik verzuimd
II te verzoeken de nota "werklokaal-mogelijkheden voor plaat
selijk werkgelegenheidsbeleid", genoemd onder 2.D.d, voor
de commissie Werken te agenderen.
ANTWOORD
De door U bedoelde nota is ter bespreking geagendeerd voor
de vergadering van 13 januari 1983 van de commissie Werken.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 9-12-1982)
De heer De Werd
Ik wil een vraag stellen die de relatie tussen het college
en de raad betreft, want ik heb op een aantal momenten gecon
stateerd dat die verhouding anders is dan ik verwachtte.
Soms zitten de wethouders met elkaar te debatteren terwijl
vanuit de raad vragen worden gesteld, wat mij eerlijk gezegd
nogal stoort, terwijl ik ook heb gemerkt dat naar het idee
van sommige wethouders de raad alleen maar als een soort
van bijwagen fungeert voor wat betreft het uitoefenen van
controle. Door in elk geval één persoon is in het verleden
gezegd dat de raad niet moet denken dat hij het bestuur van
de stad uitmaakt. Ik meen evenwel dat de raad wel degelijk
het bestuur van de stad is en dat het college de functie
van dagelijks bestuur vervult, welke situatie ik graag zou
zien gerespecteerd. Verder ontstaat bij mij in de commissies
wel eens het gevoelen dat niet iedereen even serieus wordt
genomen. Ik kan me dat wel enigszins voorstellen omdat er
een groot aantal nieuwe leden in de raad zit, die nog in
dit werk moeten groeien, maar ik wil toch wel om enige pru
dentie verzoeken.