bijl.nr.Ill
komen tot een kandidaatstelling. Er is overeenstemming
bereikt over de kandidaatstelling van het thans zitting
hebbende lid, de heer P.M. van Beek uit Teteringen.
De heer van Beek is landbouwer en tevens voorzitter van
het waterschap "De Hooge en Lage Vugt"
Met betrekking tot de categorie leden, bedoeld onder sub b,
dient Uw raad te komen tot aanwijzing van twee leden. Hierbij
vindt vooraf géén kandidaatstelling plaats, omdat de aanwij
zing van deze twee leden niet in gezamenlijkheid met een bestuur
van een ander openbaar lichaam geschiedt. Voor de huidige
zittingsperiode van de algemene vergadering zijn door Uw raad
destijds aangewezen de burgemeester en het toenmalig lid
van de raad, de heer C. Kammeraat.
Bij schrijven van 27 oktober 1982, kenmerk 100633 en 100631*,
nodigt de dijkgraaf Uw raad uit om tot aanwijzing van leden over
te gaan. De dijkgraaf wijst er voor de goede orde op, dat de
kandidaatstelling niet bindend is en dat de aan te wijzen leden
niet noodzakelijk in kringen van waterschaps- en gemeentebestu
ren behoeven te worden gezocht.
Wellicht ten overvloede merken wij op, dat de kandidaatstelling
weliswaar nie't bindend is, doch dat aanwijzing overeenkomstig
de kandidaatstelling als alleszins gebruikelijk kan worden be
schouwd. Het is eveneens gebruikelijk, zo is ons gebleken, dat
leden van de algemene vergadering doorgaans tevens een functie
f
vervullen in een waterschaps- of gemeentebestuur.
Resumerend stellen wij Uw raad voor om te besluiten tot aanwij
zing van:
a. de heer P.M. van Beek uit Teteringen;
b. twee leden al dan niet uit Uw midden, de voorzitter daaronder
begrepen
tot lid van de algemene vergadering van het waterschap Hoogheemraad
schap West-Brabant voor de zittingsperiode, ingaande 1 juli 1983.
Een ontwerp-besluit is bijgevoegd.
Het resultaat van de beraadslagingen in de commissie algemene
zaken ligt ter inzage.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester.
*)ligtter visie van den Dam secretaris.
-2-