bijl.nr. 156 Op een aantal reacties is reeds op de informatie-avond geant woord. Voor de betreffende antwoorden verwijzen wij U naar het ter visie liggende verslag van deze avond. Daarnaast gaan enkele organisaties reeds in op nog uit te werken zaken. Wij willen bij de uitwerking zoveel mogelijk de gemaakte opmerkingen betrekken. In het licht van de behande ling willen wij enkele standpunten uit de nota verduide lijken en waar mogelijk ruimte scheppen om de alternatieven mee te nemen. Positie van jongeren Wij onderkennen de verslechterende positie van jongeren zowel in materiële als immateriële zin. Op het gebied van de materiële positie (o.a. uitkeringen) willen we in het overleg met de rijksoverheid bepleiten dat de zelfstandigheid van jongeren uitgangspunt dient te blijven in het te voeren jongerenbeleid. In het plaatselijk beleid zijn betere overlegvormen met jon geren noodzakelijk. Wij onderkennen dit en gaan bij de uitwerking van projecten grotere aandacht aan dit punt besteden. Eveneens zal de onderscheiding naar meisjes en jongens bij de afzonderlijke projecten terugkomen. Wij onder kennen dat de verbetering van de arbeidsmarktpositie van meisjes een geheel eigen aanpak kan vergen. Langere termijn visie In de inleiding hebben wij de oorzaken voor het ontbreken hiervan reeds vermeld. Wij gaan in het overleg met de minis teries van sociale zaken en werkgelegenheid en welzijn, volksgezondheid en cultuur inbrengen dat een lokaal werkge legenheidsbeleid t.b.v. jongeren slechts effectief kan zijn indien van rijkswege meer continuïteit in regelingen en duidelijkheid over het te voeren beleid komt. In eerste instantie zou de werkgelegenheidsverruimende maatregel langer dan een jaar toepasbaar en zouden de opvangmaatregelen sociaal-cultureel-werk) van het ministe rie van W.V.C. structureel dienen te zijn. Ook een verruiming van de mogelijkheden om uitkeringsgerechtigden vrijwilligerswerk te laten verrichten achten wij nodig. Aan een gemeentelijke visie op betaald en onbetaald werken en vrijetijdsbesteding wordt gewerkt. Deze zal de bouwste nen dienen te leveren voor een langere termijnaanpak in het gemeentelijke jeugdwerkloosheidsbeleidIn de nota sociaal economisch beleid 1 983 zijn hiertoe de eerste aanzetten ge geven 4 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 651