bijl.nr. 161
Krachtens het bepaalde in artikel 3, derde lid, van de Winkel
sluitingswet 1976 is de gemeenteraad verplicht bij verordening,
hetzij de donderdag, hetzij de vrijdag, aan te wijzen als de
avond, waarop van 18.00 uur tot 21.00 uur koopavond kan worden
gehouden. De gemeenteraad is bovendien bevoegd voor delen van
de gemeente verschillende avonden aan te wijzen.
De Winkelsluitingswet 1976 heeft blijkens de memorie van toe
lichting voornamelijk ten doel zelfstandige ondernemers te
garanderen, dat zij redelijke arbeidstijden kunnen aanhouden en
op een aanvaardbare wijze aan het maatschappelijk leven kunnen
deelnemen
Hoewel andere belangen, zoals die van de werknemers en consumen
ten bij de parlementaire behandeling wel aan de orde zijn
geweest, hebben deze bij de winkelsluitingswetregeling in geen
geval een overheersende rol gespeeld. Zo stelt de memorie van
toelichting, dat de belangen van de werknemers bij de vaststel
ling der openingsuren van winkels uiteraard wel een rol hebben
gespeeld, maar in beginsel dienen deze belangen toch te worden
veiliggesteld in het kader van de regeling van de arbeidsvoor
waarden. Het is dus niet het doel van de Winkelsluitingswet
1976 te voorzien in een regeling van de arbeidstijden van de
werknemers
Tegen de achtergrond van de hiervoor omschreven algemene doel
stellingen van de Winkelsluitingswet zijn wij dan ook van
oordeel, dat bij de beoordeling van de onderhavige verzoeken
aan het ter zake door de dienstenbond F.N.V. uitgebrachte
advies op zichzelf geen doorslaggevende betekenis mag worden
toegekend. Een zelfde standpunt dient te worden ingenomen met
betrekking tot de belangen van de consumenten.
Bovendien zijn wij de mening toegedaan, dat aan de bezwaren van
de dienstenbond F.N.V. minder zwaar behoeft te worden getild,
gelet op de omstandigheid, dat het ter zake vaak gaat om
detailhandelbedrijven met weinig of geen personeel. Daarenboven
achten wij thans voldoende nieuwe feiten en omstandigheden
aanwezig, die de honorering van de ingediende verzoeken recht
vaardigt. Immers, in vergelijking met de verzoeken tot verplaat
sing van de koopavond, gedaan ten tijde van de evaluatie van de
koopavondverordening in 1980, worden de verzoeken thans
gedragen door een deugdelijke enquête, gehouden onder de zelf
standige ondernemers.
Voorts hebben wij bij de beoordeling van de verzoeken nog over
wogen, dat door de verslechtering van de economische situatie
vooral ook de positie van de middenstand minder rooskleurig is
geworden
- 3 -