- 3 -
bijl.nr. 170
IIIDiverse verrekeningen door het Hoogheem
raadschap te betalen
a. Rente voor te late betalingen tot
1-7-1982 (zie bijlage I, kolom 4
bij het rapport d.d.
15-7-1982) f 645.338,06
b. Correcties i.v.m. betalin
gen na 1-7-1982 (zie onder
Ia hiervoor) f 77.040,65
f 722.378,71
c. De helft van het hiervoor gekwantifi
ceerde verschil van f 1.100.000,f 550.000,--
Totaal op 1 juli 1982 te verrekenen f 1.905.88469
Rente over de periode 1 juli 1982 tot 1
april 1983 tegen het gemiddelde percen
tage van 9,27 f 132.506,63
f 2.038.391,32
IVDoor de gemeente Breda te betalen
a. Een alsnog per ultimo 1982 ontvangen
subsidie ad f 76.245,42
b. Rente'van 1-1-1983 tot
1_4_1983 f 1.765,90
f 78.011,32
Per saldo door de gemeente te ontvangen f 1960 380
Nu de gemeente blijkens de uitspraak in het koninklijk besluit
op nagenoeg alle punten (met uitzondering van het te hanteren
rentepercentage voor de fictieve lening) in het ongelijk is ge
steld zal het duidelijk zijn dat het geheel de gemeente een
aanzienlijk bedrag kost. Dit bedrag is als volgt te becijferen:
boekwaarde van de R.W.Z. c.a. in de algemene
dienst op 31-12-1982 f 31 .362.827,
ontvangst van het Hoogheemraadschap per
1—4 1983 (zie hiervoor) f 1 .960 .380
f 29.402.447,--
Restant lening Hoogheemraadschap per
1-1-1983 f 14.613.111 ,--
Nadelig verschil f 14789 .336
Zoals bekend is reeds in een eerder stadium onderkend dat aan
dit geschil risico's waren verbonden. Om deze reden is in het
verleden een gedeelte van de algemene reserve geblokkeerd.
Per ultimo 1982 zou deze reservering een bedrag hebben belopen
van f 8,2 miljoen. Naar uit voorlopige becijferingen, die thans
worden bevestigd, bleek, dat het nadelig verschil een bedrag