aan de raad der
gemeente Breda
St/8300710
8-3-1983
<nnr?
Bijlage nr. 176
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot het beschikbaar
stellen van een krediet voor ver
lenging van bushavens.
Eind vorig jaar heeft de B.B.A. acht gelede bussen aangeschaft
om deze in te zetten op verschillende lijnen van de interlokale
busdiensten tijdens de piekuren in de vervoersvraag. Deze
gelede bussen hebben een lengte van 18 meter.
De interlokale busdiensten in de regio Breda zijn zodanig in
het stadsvervoer geïntegreerd, dat alle interlokale lijnen hun
verloop door het stadscentrum hebben en via de centrale
bushalte in de Karnemelkstraat naar de eindhalte bij het
station N.S. rijden.
Dit heeft tot gevolg, dat een aantal bushavens, die door de in
terlokale busdiensten worden aangedaan, verlengd moeten worden
ten behoeve van het gebruik door de gelede bussen.
In totaal zullen 11 havens verlengd moeten worden en met name
bij de haltes aan: de Kapittelweg (oost- en westzijde),
Ignatiusstraat (ziekenhuis), Julianalaan nabij de P.C. Hooft-
straat en nabij de Jacob Catssingel (beide zijden)Dr.
Struyckenplein (beide zijden), Heuvelplein (zuidzijde) en Mast
bosstraat ter hoogte van de Rithsestraat (westzijde). De kosten
hiervan worden geraamd op f 60.000,
Aangezien de gemeente als zodanig geen zorg heeft voor het
interlokaal personenvervoer hebben wij aan de minister van ver
keer en waterstaat verzocht de gemeente op grond van de
bestaande subsidieregeling in aanmerking te laten komen voor
een subsidie van 50% van de totale kosten en goed te vinden,
dat de overige kosten door de B.B.A. worden verwerkt in de jaar
rekening 1983 van het interlokaal personenvervoer. Op ons
verzoek hebben wij nog geen beschikking van de minister ont
vangen
Momenteel wordt er reeds met de gelede bussen gereden. Deze kun
nen geen gebruik maken van de bestaande bushavens en moeten der
halve bij de haltes op de rijbaan blijven staan, waardoor de
verkeersveiligheid in gevaar wordt gebracht.
Wij zijn dan ook van mening, dat het verlengen van de betreffen
de bushavens geen verder uitstel kan verdragen en dat zeker
niet gewacht kan worden op de ministeriële beschikking inzake
subsidieverlening