bijlage nr. 226 In het bezwaarschrift wordt gesteld, dat gezien de aard van de te verwachten werkzaamheden en aanwezige produkten problemen te voorzien zijn met betrekking tot de bestaande en eventueel nog te realiseren installaties van appellante. Appellante verwacht ernstige beperkingen voor met name het onbe bouwde gedeelte, dan wel eventuele kostenverhogende effecten voor eventuele toekomstige uitbreidingen. Het bezwaarschrift is binnen de gegeven termijn ingekomen, zodat appellante in haar beroep ontvankelijk is. In haar bezwaarschrift wordt alleen een verwachting uitge sproken zonder onderbouwing of aanduiding van de aard en omvang voor de te verwachten beperkingen. Deze wijze van bezwaarmaken belemmert een inhoudelijk taxeren van de gestelde bezwaren in hoge mate. Omdat geen concrete nadelige effecten aangetoond zijn, moeten deze daarom voorshands als niet te geven worden beschouwd, zodat de bezwaren als veel te algemeen van aard van de hand dienen te worden gewezen. Bovendien kan worden gesteld aan de inrichtingen van de opslag- bedrijven vanuit Hinderwet zodanige eisen worden gesteld, ook geen schade, hinder en/of gevaar voor de omgeving optreedt. De vestiging van opslagbedrijven zal aan de bedrijfsvoering van Hoechst geen extra bezwarende eisen stellen. Overigens is gebleken dat de N.V. Br.I.M. bereid is aangrenzen de gronden van appellante terug te kopen. Ook zal hier zoals elders op industrieterreinen gebruikelijk is een terreinafscheiding aangebracht kunnen worden, waardoor visuele hinder en irritatie voorkomen wordt. Wij zijn van oordeel, dat de bezwaren van appellante ongegrond dienen te worden verklaard, waarbij wij nog aantekenen, dat, zo daartoe termen aanwezig zouden zijn, een beroep op artikel 49 van de Wet op de ruimtelijke ordening (schadevergoedings artikel) mogelijk blijft. Wij stellen U derhalve voor de bezwaren van appellante onge grond te verklaren en over te gaan tot vaststelling van de wijziging van artikel 4 van de voorschriften behorende bij het bestemmingsplan Krogten 1972 (van de gemeente Prinsenbeek). Het resultaat van de beraadslaging in de commissie Wonen ligt ter inzage. Burgemeester en wethouders van Breda, Merkx burgemeester. Van den Dam secretaris. ligt ter visie - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 941