bijl.nr. 232
gezien, ca. 70 van alle hinderwetpl ichtige bedrijven geen of
een ontoereikende vergunning heeft. Voor de gemeente Breda
geeft het HUP aan dat de achterstand in 1991 geheel .is
weggewerkt
b) het nieuwe hinderwetbeleïd gaat uit van een integrale toepas
sing van de Hinderwet, hetgeen betekent dat elk hinderwet-
plichtig bedrijf ook aan de vergunningplicht zal worden ge
houden;
c) in relatie tot de huidige inspanning zal een aanzienlijke
verschuiving plaatsvinden naar kontrole-akti vi tei ten
d) het HUP voorziet in een geprogrammeerde uitvoering van de
Hinderwet onder meer omdat zowel bij de vergunn ingverlen ing
als bij de kontrole-aktiviteiten gelet wordt op de door een
bedrijf veroorzaakte milieubelasting t.a.v. de omgeving (pt.
11ANota Milieuhygiëne 1981);
e) in de richting van het bedrijfsleven bevat het HUP belangrijke
deregu lerende aktiviteiten
(1) er zal zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van van
het meldingssysteem waardoor vergunn ingprocedures worden
vermeden
(2) het opstellen van een vrijstel I ingsverordening waardoor
bedrijven uit de lagere milieubelastingsklassen worden vrij
gesteld van de vergunningplicht;
(3) waar mogelijk zal tot gefaseerde vergunn ingverlen ing wor
den overgegaan.
Gelet op het feit dat een aantal eff iciëncy-verbeterende maatregelen
zullen worden uitgevoerd (automatisering, standaardvoorschriftenzul
len vergunn ingaan vragen bovendien sneller worden afgehandeld. Met
het oog op het lezerspubliek is het rapport opgebouwd uit 3 delen:
Deel I kan worden beschouwd als een indicatief meerjarenprogramma
Hinderwet en is bestemd voor bestuurders en beleidsambtenaren. Dit
indicatief programma is voor de jaren 1984 en 1985 vertaald in een
werkprogramma deel II en in eerste instantie bedoeld voor uitvoerende
hinderwetambtenarenDeel I I I tenslotte bevat een verslag van de
aktiviteiten van de werkgroep, verricht om te komen tot het HUP. Dit
deel is hoofdzakelijk bestemd voor de subsidiegever.