gemeente Breda
O
<0
^nnrrp
bijl.nr. 36
- 4 -
Het effect van de aardgasprijs op huisbrandolie-pariteit laat zich
als volgt berekenen:
eindresultaat basismodel
eindresultaat variant 5
voordelig verschil t.o.v,
het basismodel
14,2 miljoen
28,8 miljoen
l^^miljoen
Slechts enkele varianten leveren een wijziging in het energetisch
resultaat op. Zo ligt de energiebesparing bij variant 2 circa
43,4 miljoen m3 aardgasequivalent (a.e.) lager dan in het basismodel.
Ook in het geval dat de ketelrendementen.hoger zouden liggen treedt
er minder energiebesparing op (62,9 miljoen m3 a.e.)
Toepassing van hoog-rendements-ketels zal ook gevolgen hebben voor
de te behalen energiebesparing (101,1 miljoen m3 a.e.).
De brandstofbesparing bij toepassing van stadsverwarming kan als volgt
worden weergegeven.
Brandstofbesparing
in miljoenen
in miljoenen
m3 a.e. per
m3 a.e.
Model/variant
jaar
cumulatief
0 Basis
28,7
62,9 579,6
2. Verbeterde isolatie
26,6
62,9 536,2
3.3. Ketelrendement op
bovenwaarde
25,6
62,3 516,7
3.4. Toepassing hoger-
rendementsketel
23,4
58,9 478,5
4. Vergelijking met het KEMA-rapport van juni 1982
Ten opzichte van de evaluatie van juni 1982 zijn een aantal uitgangs
punten gewijzigd, zowel in positieve als negatieve zin. In het oog
springende veranderingen zijn onder andere de dalende warmtevraag,
de lagere kapitaalrente en een gunstige ontwikkeling van de brandstof
prijzen qua inkoop. De aarzeling om de aardgasprijzen te verhogen
is uit een oogpunt van beperking van de woonlasten toe te juichen.
Voor de exploitatie van een stadsverwarmingsproject is de jaarlijkse
aardgasprijs-verhoging -gegeven de uitgangspunten- onontbeerlijk,
tenzij op andere wijze een acceptabele bruto-marge kan worden verkregen.
Een vergelijking van de uitgangspunten treft u als bijlage aan.
In het algemeen geldt, dat de financieel-economische resultaten ten
opzichte van juni 1982 minder positief uitkomen.
5. Interpretatie van de resultaten van de evaluatie 1983
Op grond van het berekende resultaat in het basismodel en de beschikbare
uitkomsten van de varianten zal een keuze moeten worden gemaakt, welke
varianten in positieve of negatieve zin samengevoegd moeten worden
om het uiteindelijke resultaat en risico te benaderen. Omdat bij
combinatie van varianten er onderlinge beïnvloeding optreedt dient
het cumulatieve resultaat afzonderlijk te worden bepaald.