bijlage nr. 43
- 2 -
binnen afzienbare tijd zal een afzonderlijke badruimte in de
woning worden ingericht; artikel 66, lid 4 van de bouwverordening
is niet van toepassing, omdat dit artikel betrekking heeft op
technische bepalingen omtrent het bouwen;
- de ventilatie van de keukens en de doucheruimte is voldoende; de
artikelen 112 en 113 van de bouwverordening zijn niet van toe
passing;
het buitenschilderwerk is 5 jaar geleden verricht; binnen
afzienbare tijd zal een dergelijke onderhoudsbeurt weer worden
uitgevoerd;
de gas-, water- en elektriciteitsinstallaties zijn in orde;
de riolering en afvoerleidingen zijn in orde.
II. De termijn
Sinds 1981 is het nodige aan het pand gebeurd. Het tempo waarin verbete
ringen worden aangebracht wordt beperkt door de financiële mogelijkheden.
Er wordt bezwaar gemaakt tegen de gestelde termijn van 60 dagen, waarbinnen
de voorzieningen moeten worden getroffen.
III. Aankoop van het pand
De gemeente wordt de mogelijkheid geboden het pand aan te kopen.
IV. Diversen
Bijgevoegd zijn verklaringen van de huurders dat zij geen enkele schade of
hinder ondervinden.
Gewezen wordt op de eigen verantwoordelijkheid van de raad onder verwijzing
naar een uitspraak van de afdeling rechtspraak van de Raad van State d.d.
31 oktober 1977.
Tot slot wordt gemeend, dat op de deregulering zou moeten worden geantici
peerd, aangezien dit anders tot rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid
aanleiding zou geven. Verwezen wordt naar een artikel van Mr. J.M. Polak
in het Nederlands Juristenblad d.d. 17 september 1983.
Ten aanzien van het vorenstaande merken wij het volgende op:
De lijst van gebreken behorend bij de aanschrijving dateert inderdaad van
1981. De opname van 1981 is gehanteerd om de bewoners niet voor een derde
maal lastig te moeten vallen. Bij een hernieuwde controle op 12 oktober 1983
is geconstateerd, dat enkele voorzieningen aan het pand zijn getroffen.
I. De aanschrijving
Waar nodig zal hieronder commentaar op het gestelde in het beroepschrift
worden gegeven.
Het metselwerk van de voorgevel bevindt zich over een strook van onge
veer 60 cm ter hoogte van het dak in onvoldoende staat van onderhoud.
Onvoldoende staat van onderhoud valt onder de werking van artikel 307
van de bouwverordening.
Een vlonder voor het balkon kan niet worden afgedwongen, aangezien het
geen technisch voorschrift is. De vlonder is bedoeld als middel ter
bescherming van de dakbedekking eronder. Deze eis dient daarom van de
lijst van te treffen voorzieningen te worden afgevoerd.