aan de raad der
gemeente Breda
EZ/8417075
21-11-1984
agendanummer: 21
bijlagenr.408
Voorstel van burgemeester en wet
houders met betrekking tot de 3e
wijziging van de begroting 1984
van het Industrie- en Havenschap
Moerdijk
Op basis van de door het Industrie- en Havenschap op 21 mei
1981 ingestelde Retributieverordening en Rioolafvoerrechtver-
ordening*, legde het Schap voor het jaar 1981 aanslagen op aan
een aantal aldaar gevestigde bedrijven. Hiertegen werd beroep
aangetekend op grond waarvan de Belastingkamer van het Gerechts
hof te 's Hertogenbosch uitspraak* deed op 15 juni 1984.
Het Hof heeft de verordening op drie afzonderlijke gronden on
verbindend verklaard en bovendien ambtshalve de aanslag over
1981 vernietigd. Tegen deze uitspraak staat beroep in cassatie
open, hetwelk zou kunnen leiden tot vernietiging van de
arresten indien zowel de drie door het Hof gebezigde gronden
voor onverbindendheid als de ambtshalve overweging onjuist
zouden worden bevonden.
De directie van I.H.M. heeft vervolgens advies* ingewonnen bij
het kantoor van de Landsadvocaat, dat tot de conclusie kwam dat
het vrijwel uitgesloten is te achten, dat in een cassatieberoep
alle hindernissen genomen zouden kunnen worden. Aangezien
tevens de inhoudelijke bezwaren tegen de verordening onoverkoom
baar lijken, ontraadt de Landsadvocaat het instellen van
cassatieberoep
De raad van bestuur van I.H.M. heeft op 27-9-1984 besloten om,
op basis van bovenvermeld advies, geen beroep in cassatie in te
stellen, zodat de uitspraken van het Gerechtshof inmiddels in
kracht van gewijsde zijn gegaan.
Op grond hiervan dienen de ten onrechte opgelegde aanslagen te
worden gerestitueerd. Ook de aanslagen, welke in de jaren 1982
tot en met 1984 zijn opgelegd, dienen te worden ingetrokken en
de inmiddels daarop ontvangen bedragen dienen te worden terug
betaald
Ten einde dit mogelijk te maken, dient bijgaande (concept) 3e
begrotingswijziging 1984 I.H.M.* door de raad van bestuur te
worden vastgesteld, binnen twee maanden nadat de deelnemers in
kennis zijn gesteld van dit voornemen.