bijlage nr. 48 B
2Algemene opmerkingen
2.1. De woonlasteproblematiek als zodanig is geen specifiek
locale bredase zaak: de hoofdelementen in die problema
tiek (de inkomensontwikkeling, het bouw-, het huurprijs-
en het subsidiebeleid en de energieprijsontwikkelingen)
worden, zoals ook uit 2.2. zal blijken, nagenoeg geheel op
landelijk niveau bepaald.
Dat brengt met zich mee, dat als een gemeente zich de locale
woonlastenproblematiek aantrekt, zij slechts marginale moge
lijkheden heeft.
2.2. Op 20 september 1983 is aan de Tweede Kamer toegezonden
het in het begin van dat jaar toegezegde regeringsstandpunt
met betrekking tot de woonlastenproblematiek.
Als hoofdpunten daaruit kunnen worden genoemd:
a. er is geen sprake van een eenduidige algemene woonlasten-
problematiek maar van een inkomensproblematiek, waarbij
-gezien de groei van de consumptdemogelijkheden in de
afgelopen twee decen ia- in zijn algemeenheid er ruimte
aanwezig wordt geacht om een toename van de woonlasten
op te vangen;
b. door omvangrijke rijkssubsidies worden de woonkosten voor
grote aantallen huishoudens aanzienlijk verminderd, maar
het is onvermijdelijk, dat bewoners een groter deel van
de werkelijke woonkosten te dragen krijgen;
c. gelet op de financiële positie van de rijksoverheid zal
de beperking van de woonlasten vorm moeten krijgen door
reële besparingen (met als voorbeeld minder verbruik van
energ-'e) en niet door financiële tegemoetkomingen in
de sfeer van tarieven en extra-subsidies;
-2-
