-2- bijl.nr. 79 en is in 1952 in werking getreden. Op grond van deze wet zijn verschillende vormen van samenwerking tot stand gekomen. Daar bij werd uitgegaan van een ruime interpretatie van de door deze wet geboden mogelijkheden van samenwerking. Via het treffen van gemeenschappelijke regelingen zijn de gemeenten in staat gesteld om op onderdelen hun krachten te bundelen en in die zin is er in die gevallen sprake van versterking van het lokale bestuur. Bij gemeenschappelijke regelingen die met het oog op een bundeling van krachten zijn aangegaan, staat de gedachte van het verlengde lokaal bestuur voorop. Vooral na de indiening van de Nota Be stuurlijke Organisatie in 1969 werden de gedachten aan het ver lengde lokaal bestuur steeds verder los gelaten. Naast regelin gen die kunnen worden gekenmerkt als verlengd lokaal bestuur zijn er op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen ook wel gewesten in het leven geroepen, die dirigerend kunnen op treden ten opzichte van de gemeenten. In verband met die ontwikkeling naar gewestvorming werd er be hoefte gevoeld om de Wet gemeenschappelijke regelingen- daaraan aan te passen. Sedertdient zijn er verschillende voorstellen bekend geworden met betrekking tot de organisatie van het open baar bestuur. Geen van deze voorstellen heeft de eindstreep ge haald. In december 1980 werd het ontwerp van Wet houdende nieuwe bepalingen met betrekking tot gemeenschappelijke regelingen in gediend. Bovengenoemde Nota organisatie binnenlands bestuur van mei 1983 ging vergezeld van de Tweede Nota van wijzigingen bij het ontwerp van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Als ge volg van onder meer deze wijzigingen zal het in de toekomst mogelijk zijn om bij de regeling aan het bestuur van het samen werkingsverband de bevoegdheid toe te kennen ten aanzien van de door de besturen der deelnemende gemeenten te voeren beleid te coördineren, plannen te ontwerpen of vast te stellen, dan wel dat beleid te sturen. In het oorspronkelijke ontwerp was een verbod opgenomen voor samenwerkingsverbanden om plannend, stu rend en coördinerend op te treden ten opzichte van het beleid van de deelnemende gemeenten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 306