aan de raad der gemeente Breda >x< Voorstel van burgemeester en wet houders tot het afleggen van een verklaring ex art. 74, lid 2, onder a, van de Wet geluidhin der Momenteel is in ontwikkeling het bestemmingsplan "Moleneind- West" (herziening van de bestemmingsplannen Driesprong 1960, Brabantpark D 1961, Moleneindstraat e.o., en Heusdenhout In het kader van deze planontwikkeling dienen ook de randvoor- Êk waarden te worden betrokken die door de Wet geluidhinder worden gesteld Op grond van deze wet zullen wegen van rechtswege een zone hebben Binnen deze zone mag in beginsel op geluidgevoelige bestemmin gen geen hogere geluidbelasting worden uitgeoefend dan 50 dB(A) etmaalwaardeOm een en ander te kunnen bepalen dient daarom een akoestisch onderzoek te worden verricht. Om nu te voorkomen dat een dergelijk akoestisch onderzoek moet worden verricht in situaties waarbij op grond van het geringe aantal motorvoertui gen dat van de weg gebruik maakt of zal maken, reeds van te voren vast staat of kan staan dat geluidhinder langs deze wegen nauwelijks zal optreden heeft de Wet geluidhinder in artikel 74, lid 2, onder aaangegeven, dat deze categorie wegen uitge zonderd kunnen worden van de van rechtswege opgelegde zonering. Volgens het op artikel 74 gebaseerde "besluit ondergrens zones van wegen" is dit het geval wanneer minder dan 2.450 motorvoer tuigen per etmaal van een weg gebruik maken. Het te bepalen aantal motorvoertuigen mag gebaseerd zijn op een H redelijke schatting doch met betrekking tot het onderhavige ont- werp-bestemmingsplan "Moleneind-West" zijn in 1978 verkeerstel lingen uitgevoerd bij de wegen welke toegang tot het plangebied geven Ten einde een intensiteit te verkrijgen welke over 10 jaar aan wezig zal zijn, zijn de telgegevens verhoogd met een jaarlijks groeipercentage van 3% Dit is een forse aanname. Mil/8401505 15 februari 1984 agendanummer: 11 bijlagenr.107

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 427