aan de raad der
gemeente Breda
agendanummer: 20
bijlagenr116
K/8402870
7-3-1984
Voorstel van burgemeester en wet
houders om een krediet te ver
strekken voor het inrichten van
een filmaccommodatie in de stads
schouwburg en het treffen van
voorzieningen in het Theater
Achterom.
In Uw vergadering van 23 februari 1984 (bijlage nr. is Uw
raad akkoord gegaan met de uitgangspunten van beleid voor de
stadsschouwburg, zoals verwoord in de notitie "toekomstige
beleidslijn Concordia stadsschouwburg" van november 1983.
Nogmaals samengevat houdt dit beleid in:
- een brede programmering;
- investeren in gebouw en uitrusting om de programmering te
kunnen uitvoeren;
- investeren in publiekswerving met name onder nieuwe publieks
groepen;
- investeren in personeel door herziening bestaande functies,
hergroepering en uitbreiding personeel.
Bij het investeren in gebouw en uitrusting zijn met name
genoemd de bouw van een orkestkamer, de inrichting van een film
huis en voorzieningen aan Theater Achterom. Over de orkestkamer
wordt U separaat een voorstel voorgelegd.
In Breda heeft gedurende een aantal jaren Het Filmhuis gefunc
tioneerd. Door allerlei oorzaken is Het Filmhuis er niet in
geslaagd haar doeleinden te bereiken, waardoor van een film
klimaat in de ware zin des woords geen sprake is geweest.
Het Filmhuis heeft het niet gehaald; de stichting is geliqui
deerd. Deze gang van zaken heeft ertoe geleid dat Breda reeds
geruime tijd verstoken blijft van een regelmatig aanbod van het
medium film uit het niet-commerciële circuit. Een ongunstige
zaak omdat het medium film een erkende kunstvorm is en zonder
meer deel moet uitmaken van een pluriform cultuuraanbod.
Dit medium zien wij daarbij niet alleen als autonome kunstvorm,
maar ook als een schakel tussen andere kunstvormen, zoals
muziek, theater en beeldende kunst. Overigens verwijzen wij U
naar de notitie "filmbeleid en filmhuis in Breda" van de
directeur van de stadsschouwburg, waarin uitvoerig en duidelijk
op het medium film wordt ingegaan (notitie ligt ter visie).