bijl.nr. 130 Met het uitgangspunt van de handhaving van de sluitende begroting hangt onverbrekelijk samen de omvang van de te bezuinigen bedragen. In het preadvies met betrekking tot de vaststelling van de budgettaire capaciteit voor het jaar 1985 (noodzakelijk om ook weer voor dat jaar tot een sluitende begroting te komen) wordt nogmaals - in aanvulling op rapport en meergenoemde brief - een onder bouwing van de te bezuinigen bedragen gegeven. Naar dat preadvies - dat tegelijk met het voorliggende stuk wordt aangeboden - wordt kortheidshalve verwezen. Het zal duidelijk zijn, dat wij thans geenszins kunnen inschatten of de omvang van deze bezuinigingsronde voldoende zal zijn: teveel externe factoren spelen daarin mee. Tegen de achtergrond van het uitgangspunt van de sluitende begroting achten wij het totaal-bedrag aan be zuinigingen van f 15.000.000,thans nodig en voldoende. Mochten zich in de komende tijd ontwikkelingen voordoen die het thans bestaande beeld in positieve of in negatieve zin beïnvloeden, dan zullen wij U uiteraard daarvan op de hoogte brengen en zo nodig aanvullende voorstellen doen. Het lijkt ons noch opportuun, noch juist om op dit ogenblik reeds vast te leggen of die mee- en tegenvallers aangewend zullen worden tot wijziging 'van de bezuinigingstaakstelling of tot wijziging van de ruimte voor "nieuw beleid". Nadere voorstellen zullen Ow raad ook bereiken ter invul ling van de nog in het rapport opgenomen taakstellingen; met de betrokken functies zijn wij tot het opleggen van taakstellende bedragen moeten komen omdat - mede door het ontbreken van voldoende tijd voor verder overleg - thans geen feitelijke invullingen gegeven kunnen worden. Tenslotte hopen wij op korte termijn aan Uw raad een nota uit te brengen ter beantwoording van de vraag langs welke weg in deze gemeente gekomen kan worden tot privatisering van gemeentelijke uitvoerende taken. Het uitbrengen van het rapport h.u.g. in de tweede ronde heeft inmiddels aanleiding gegeven tot een groot aantal reacties. Deze zijn voor U ter inzage gelegd. Voor ons standpunt ten aanzien van de reacties van de commissie voor gemeentelijk overleg in personeelszaken en de medezeggen schapscommissies verwijzen wij naar het gestelde onder 10. Ten aanzien van de overige reacties zijn wij van mening, dat zij geen aanleiding vormen ons ingenomen standpunt te herzien. Hierna treft U onder 3. tot en met 8 de toelichtingen op de voorstellen in de onderscheiden portefeuilles aan. Omwille van de overzichtelijkheid beperken wij ons zoveel mogelijk tot de^hoofdpunten. Voor aanvullende informatie wordt ver wezen én naar het meergenoemde rapport én naar de voor U ter visie gelegde - per portefeuille verzamelde - onder liggende brieven en ambtelijke adviezen. - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 601