bijlagenr. 158
3. de inzet van de investeringscapaciteit voor spel- en recrea
tieve voorzieningen in stadsvernieuwingsbuurten kosten aan
te wenden voor voorzieningen in de directe woonomgeving in
Valkenburg en Spoorbuurt.
Hierdoor vervalt de reservering voor de reconstructie van de
speeltuin in Valkenberg. Bij de planvorming zullen de stads
vernieuwingscomité 1s betrokken worden;
4. de huidige ruimten in de centrale accommodatie Brabantpark
uit te breiden indien dit project in het kader van de "terug
ploegexperimenten" uitgevoerd kan worden.
Wij zijn voornemens om te onderzoeken of de investeringsoapa
citeit vergroot kan worden in het kader van de "terugploeg-
experimenten" van de rijksoverheid.
Indien dit niet mogelijk is zijn wij van plan voor de
scoutinggroep Michaël een afzonderlijke ruimte in te richten
in een van de vrijkomende schoollokalen in deze buurt. De
oorspronkelijke ruimteverdeling uit de nota blijft in dit
geval gehandhaafd;
5. de inzet van de sociaal-cultureel werk begeleiding vindt in
1984 in Chassee/Oud Boeimeer plaats. In 1984 zal een defini
tief voorstel voor de periode van de resterende 2 jaar
worden opgesteld.
Een aantal reacties toont de urgentie van enkele knelpunten
aan. Ondanks de wenselijkheid zijn deze behoeften vanwege de
beperkte financiële capaciteit niet te honoreren. In het
bijzonder doelen wij hier op het ruimtegebrek in de buurt
Haagpoort (omgeving Anna-kerk)
In het kader van de "terugploegexperimenten" willen wij
onderzoeken of een kleinschalige buurtvoorziening mogelijk
is. De vraag van het kinderdagverblijf Kiekeboe in Haagse
Beemden om meer investeringsruimte gaat ervan uit dat het
programma van eisen volledig uitgevoerd wordt. Wij zijn
echter van mening dat in combinatie met de reeds aanwezige
ruimten voor het peuterspeelzaalwerk een verantwoorde voor
ziening op een iets lager kostenniveau te realiseren is. Dit
gaat wel uit van gezamenlijk gebruik van enkele groeps-
ruimten en sanitaire voorzieningen.
III. Totstandkoming plan 1981-1984
De subsidievoorwaarden, de planinhoud en procedure zijn opge
nomen in de brief van de minister van W.V.C. d.d. 17 november
1982.
Het op te stellen welzijnsaccommodatieplan zal marginaal
getoetst worden door provinciale en rijksoverheid op de
navolgende criteria:
planinhoud
1. Samenhang.
In het voorliggende plan is de samenhang zowel gerealiseerd
in de planvorming tussen de voorzieningen onderling als met
betrekking tot de accommodatieplannen op de afzonderlijke
terreinen van het specifiek welzijn.
- 3 -