stedebouwkundige adviesraad M to**
maar is het zeker niet eens met de opvatting
in de reaktie van B W als zou de StAR nu
overbodig zijn of zelfs verstorend kunnen gaan
werken.
4.2. StAR en politieke besluitvorming
In de reaktie stellen B W dat het irreëel
zou zijn als de StAR voorbij zou gaan aan po
litieke uitgangspunten. Voorgelegde plannen
zijn vaak een uitvloeisel van politieke be
leidsuitgangspunten (programakkoord) en lig
gen dus vast.
De StAR erkent en respekteert politieke be
sluitvorming. Waar dit echter ruimtelijke ge
volgen heeft, ziet de StAR het als zijn taak
in de adviezen te wijzen op de gevolgen van
een dergelijk besluit en daarover een oordeel
te geven vanuit zijn visie over de stedebouw
kundige inrichting van Breda.
4.3. StAR en zijn taakgebied
In het gesprek met de wethouder wonen en in de
reaktie van B W kwam naar voren dat B W er
prijs op zouden stellen als de StAR zich meer
zou gaan toeleggen op het ontwikkelen van een
visie op lange termijn over zaken die te maken
hebben met de ruimtelijke ordening.
De StAR zou hierin een soort voortrekkersfunk-
tie kunnen vervullen.
Gezien de opmerkingen van de gemeente en de eva
luatiediscussie binnen de StAR kan de StAR zich
vinden in een taakstelling waarin meer aandacht
gagaven zal worden aan het uitbrengen van advie
zen over algemene onderwerpen.
- 4 -