stedebouwkundige adviesraad |§g breda ruimtelijk beleid en er zal minder op details worden ingegaan. De plannen zullen beoordeeld worden vanuit de visie van de StAR t.a.v. de ruimtelijke ontwikkeling in Breda en getoetst worden aan de algemene beleidsuitgangspunten van de gemeente. Tevens zal de StAR in zijn advisering een relatie trachten te leggen tussen de ruimtelijke ordening in het betreffende ge bied en de gevolgen daarvan voor de gehele stad. Het adviseren over aktuele onderwerpen die door de StAR zelf worden aangedragen. Hierbij wordt gedacht aan zaken die ervaren wor den door de StAR-leden vanuit hun eigen woon-, leef- en werkomgeving en vanuit de verschillende disciplines waaruit de StAR is opgebouwd. De wijze van advisering zal overeenkomen met de.' onder 5.1. genoemde richtlijnen. Ten overvloede wordt hier nogmaals gesteld dat de taak hierbij wezenlijk anders zal zijn als die van wijkraden en belangengroeperingen. De StAR adviseert niet op basis van belangenbehar tiging, maar beoordeelt plannen op basis van inte grale afweging van belangen in het kader van de ruimtelijke ordening. Het adviseren over algemene onderwerpen. In Breda spelen vele zaken die van invloed zijn op het ruimtelijke beleid. Vele van deze ontwikkelingen zijn reeds in konkreet beleid vertaald. Echter t.g.v. maatschappelijke ontwikkelingen of nieuwe inzichten kan aanpassing of vernieuwing van het beleid nood zakelijk zijn. Dergelijke ontwikkelingen zouden kun nen leiden tot heroverweging van een aantal zaken. •H3&

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 860