aan de raad der
gemeente Breda
Bijlage nr.272
Voorstel van burgemeester en wet
houders inzake de P.K.B.-
procedure met betrekking tot de
eventuele vestiging van (een)
kerncentrale(s) op het industrie
terrein Moerdijk.
1
Inleiding
Tijdens de raadsvergadering van 11 juli 1985 hebben wij toegezegd met een
afzonderlijk voorstel te komen in het kader van de P.K.B.-procedure met be
trekking tot een eventuele vestiging van (een) kercentrale(s) in Moerdijk.
Zonder in te gaan op de principiële discussie over kernenergie, die in het
kader van de P.K.B.-procedure niet aan de orde is, wordt in dit voorstel
een reactie gegeven op de aanvaardbaarheid van Moerdijk als vestigingsplaats
voor (een) kerncentrale(s) zoals voorgesteld wordt in het beleidsvoornemen
van de regering Vestigingsplaatsen voor kerncentrales".
Na de regeringsbeslissing over de electriciteitsvoorzieningen in Nederland
en het besluit om kerncentrales te bouwen, heeft de regering de procedure
op gang gebracht voor een planologische kernbeslissing over de vestigings
plaats van de kerncentrales.
In de nota Vestigingsplaatsen voor Kerncentrales" deel a, wordt aange
geven hoe de selectie heeft plaats gevonden van 6 plaatsen die in beginsel
in aanmerking komen voor de mogelijke vestiging van kerncentrales.
In dit voorstel worden de aspecten behandeld welke een rol spelen bij de
beoordeling door de gemeente Breda over de mogelijke vestiging van een of
twee kerncentrales in Moerdijk.
De P.K.B.-procedure kent vijf gedeelten en ziet er in grote lijnen als volgt uit.
Het beleidsvoornemen deel ej van de P.K.B.procedure) zal aan inspraak, ad
visering en bestuurlijk overleg worden onderworpen. In deze fase bevindt de
procedure zich thans. Ieder die dat wenst kan vóór 1 november aanstaande een
schriftelijke reactie op het beleidsvoornemen inzenden. Gezien deze termijn
is het noodzakelijk dat uw Raad zich in oktober uitspreekt over het beleids
voornemen.
De resultaten van de inspraak zullen als deel Hoofdlijnen uit de inspraak"
worden gepubliceerd. Het advies van de Raad van Advies voor de Ruimtelijke
Ordening (R.A.R.O.) en eventuele andere adviesraden- zal als deel verschijnen.
Aan de hand van deze gegevens en van het bestuurlijk overleg zal de regering
haar standpunt bepalen. Dat wordt als deel c[ egeringsbeslissing" aan de
Tweede Kamer voorgelegd, waarna deel Tek van de na parlementaire behan
deling vastgestelde P.K.B." zal verschijnen.
Alhoewel naar het oordeel van de regering in het beleidsvoornemen alle rele
vante planologische aspecten zijn meegewogen, kunnen de zes plaatsen nog slechts
als globaal afgewogen worden beschouwd.
Er dient namelijk nog een nadere afweging plaats te vinden in de procedure van
de vergunningverlening op basis van de Kernenergiewet - met daaraan gekoppeld
een Milieu Effect Rapportage (M.E.R.)- en op basis van de Wet op de Ruimte
lijke Ordening. Tijdens de procedure ter verlening van een vergunning op grond
Procedure
ligt ter visie