- 5 -
bijl. nr. 283
8. GEWESTRAADSBESLUIT D.D. 27 SEPTEMBER 1985
Éedoelde nadere voorstellen zijn vervat in het definitieve
gewestraadsvoorstel d.d. 26 augustus 1985*, dat ons bij
brief van 5 september 1985* van de Stadsgewestelijke voor
zitter werd aangeboden. Omdat toen nog een reactie ontbrak
van het dagelijks bestuur op onze genoemde brief van 25
juli 1985 hebben wij hierom gevraagd in onze brief van
20 september 1985*In die brief is er ook nog op gewezen,
dat thans reeds een nadere aanpassing van de regeling voor
zienbaar is in verband met de taakstelling van de regio
nale brandweer, zoals die is vastgelegd in de nieuwe
Brandweerwet Rampenwet. Voorts achten wij het niet uit
gesloten, dat in dit kader ook nog de bestuursstructuur
voor de regionale brandweer in Stadsgewestelijk verband
nog aanpassing behoeft, waarbij met name is te denken aan
de samenstelling van de bestuurscommissie voor de brand
weer.
Het dagelijks bestuur heeft onze genoemde brieven van
25 juli 1985 en van 20 september 1985 beantwoord bij
brief van 21 oktober 1985*.
Uit de brief d.d. 30 september 1985van het dagelijks
bestuur en de daarbij behorende bijlagen* blijkt, dat de
gewestraad in zijn vergadering van 27 september 1985
heeft besloten om aan de besturen van de deelnemende ge
meenten
a. te adviseren de veertiende wijziging van de Regeling
Stadsgewest Breda vast te stellen conform het aange
hechte ontwerp;
b. in de gelegenheid te stellen gedurende drie maanden
te reageren op de ontwerp-wijzigingen van de verorde
ningen op de bestuurscommissies brandweer, gezond
heidsdienst, dienst bedrijfsgezondheidszorg en afval
verwerking
Voormelde wijzigingen zijn zowel in bijbehorende gewest
raadsvoorstel, alsmede in de daarbij behorende toelich
ting van commentaar voorzien. Het ligt in de bedoeling
om bedoelde wijzigingen met ingang van de nieuwe zit
tingsperiode in werking te laten treden.
9. AFRONDEND
Er is voorafgaande aan de thans te Uwer finale beoorde
ling voorliggende wijzigingen uitvoerig gesproken en ge
correspondeerd over een en ander. Met dit voorstel aan U
hebben wij getracht U op enkele hoofdlijnen een beeld te
geven van de sedert Uw besluit van 25 februari 1985 zich
voorgedaan hebbende ontwikkelingen. Voor verdergaande in
formatie verwijzen wij U naar de ter inzage gelegde stuk
ken.