aan de raad der
gemeente Breda
OW 8515237
6-11-1985
Bijlage nr. 347
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot het verstrekken van leningen aan de
Algemene Woningbouwvereniging Breda e.o.
ter financiering van de kosten van een
onderhouds- en verbeteringsplan aan de
complexen 30 en 28 woningen aan de van
Vlietstraat en de Nuijtsstraat en het
toekennen van jaarlijkse bijdragen in
het daaruit voortvloeiende exploitatie
tekort, alsmede tot het aanvragen en
aanvaarden van steun uit 's rijks kas
daarvoor.
Ten behoeve van de complexen 30 en 28 vooroorlogse eengezinswoningen aan de
van Vlietstraat en de Nuijtsstraat is door de Algemene Woningbouwvereniging
Breda e.o. samen met de bewoners een onderhouds- en verbeteringsplan
opgesteld
Het onderhavige plan is ter goedkeuring toegezonden aan de hoofdingenieur
directeur van de volkshuisvesting in Noord-Brabant te s-Hertogenbosch.
Deze heeft bij brief van 23 oktober 1984 nr. 1023712 bericht, dat met de
uitvoering daarvan wordt ingestemd en dat de totale voor een rijkslening in
aanmerking komende kosten zijn vastgesteld op 2.503.335,
In de bij de daarop gevolgde brieven van de staatssecretaris van volkshuis
vesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer d.d. 20 maart 1985 kenmerk
0171017 en 31 december 1984 kenmerk 0269039 behorende beschikkingen
betreffende de complexen 30 en 28 woningen zijn deze leningen bepaald op de
in die stadia aanvaarde kosten van respectievelijk 1.288.891,en
1.214.444,zulks met een aflossingstermijn van onderscheidenlijk 25 en
26 jaar en, gedurende de eerste 10 jaar, tegen een rente van 8 5/8%.
De Algemene Woningbouwvereniging Breda e.o. heeft bericht akkoord te gaan
met de inhoud van deze beschikkingen.
De volgens het 1, 2, 3-systeem berekende huurverhogingen per maand bedragen
gemiddeld 56,16 voor woningen zonder een centrale verwarmingsinstallatie
(46 woningen) en 68,37 voor woningen met een centrale verwarmingsinstal
latie (12 woningen).
Deze baten strekken ter gedeeltelijke dekking van de rente en afschrijving
van bovengenoemde investeringsbedragen.
In het alsdan ongedekt blijvende gedeelte van de annuïteiten kan in begin
sel een jaarlijkse rijksbijdrage worden verkregen.
