bijlage nr. 25
Indien de woningbezitter na een termijn van 30 jaar niet
in een gunstiger financiële positie komt, wordt de lening
als oninbaar afgeschreven en dus kwijtgescholden aan de
betrokkene
Nadere informatie omtrent opzet van een dergelijk fonds
hebben wij voor U ter inzage gelegd.
Wij zijn van mening dat door een dergelijk fonds belang
rijke risico's die een koper op zich neemt, aanzienlijk
worden beperkt. De verzwaring van de woonlast (f 10,-- tot
f 15,-- per maand) achten wij redelijk.
De beoogde regeling zal alleen van toepassing kunnen zijn
voor nieuwbouwwoningen. Indien het fonds ook van toepas
sing zou worden verklaard voor garanties voor koop van be
staande woningen c.q. woningverbetering, zou een naar de
mening van de initiatiefnemers veel te zware premie moe
ten worden geheven.
Het risico van de gemeente wordt enerzijds verhoogd omdat
ook de te betalen premie wordt mee-gefinancierd en in de
garantie moet worden meegenomen, anderzijds ontstaat een
oplossing voor mogelijke toekomstige betalingsproblemen
van woningbezitters, waardoor te verwachten is dat de
gemeente op dit punt minder verliezen zal leiden.
Wij zijn van mening dat in beginsel positief op dit ini
tiatief zal moeten worden ingespeeld. Een concrete be
sluitvorming is echter thans nog niet aan de orde.
Algemeen garantiebesluit
Het krachtens de gemeentewet aangewezen bestuursorgaan,
dat dient te beslissen op aanvragen om gemeentegarantie,
is de gemeenteraad.
De gemeenteraad kan voor elk geval afzonderlijk besluiten
of hij al dan niet tot het garanderen van rente en aflos
sing van een hypothecaire lening zal overgaan.
De voorbereiding en afhandeling van een voorstel dat aan
de gemeenteraad wordt voorgelegd is zeer tijdrovend en
- juist daardoor - bezwaarlijk voor betrokkenen. Vandaar
dat door de gemeente Breda al jarenlang met een construc
tie wordt gewerkt, waarbij de totale raadsbeslissingsbe-
voegdheid via een machtigingsbesluit aan burgemeester en
wethouders is opgedragen en wel in die zin, dat garantie
verlening dient plaats te vinden "ten behoeve van daarvoor
naar het oordeel van burgemeester en wethouders in aanmer
king komende natuurlijke personen" en verder overeenkom
stig de onder de betreffende raadsbesluiten gestelde
regelen
- 10 -