-16-
In dat kader worden twee mogelijkheden bekeken:
een garantieregeling onder hypothecair verband (incl. tweede hypotheek),
dat wil zeggen een uitbreiding van de in Breda geldende garantierege
ling. Om deze garantie enige inhoud te geven, zouden er ruimere moge
lijkheden moeten komen dan bij "gewone" garanties. Gedacht wordt aan
hantering van de martkwaarde in plaats van executiewaarde. Voor derge
lijke garantieverleningen dient een risicodekking te worden aangegeven.
In 1985 speelt dit nog niet of nauwelijks; voor 1986 en volgende jaren
zou de risicodekking in het fonds stadsvernieuwing kunnen worden
opgenomen.
het verstrekken van een lening door bijvoorbeeld de kredietbank. Dit
zou kunnen gelden voor bepaalde aangewezen gebieden en tot een maxi
maal bedrag van bijvoorbeeld 7.500,Het verstrekken van een lening
heeft voordelen in tijd (minder administratieve rompslomp) en brengt
minder kosten met zich dan een garantieverlening onder hypothecair
verband.
Een voorstel hierover zullen wij aan uw raad voorleggen.
Hiervoor hebben wij reeds de zogenaamde "klussenregeling" vermeld. De ver
ordening bepaalt (art. 24), dat uw raad een overzicht dient vast te stellen
van voorzieningen, waarvoor subsidie kan worden verstrekt ongeacht de werke
lijke kosten van die voorzieningen. Deze klussenlijst is als bijlage bij
de verordening gevoegd. Uitgangspunt bij de tarieven is geweest de tot heden
in Breda geldende "Verordening geldelijke steun verbetering particuliere
woningen", die op 13 mei 1982 door uw raad is vastgesteld.
In artikel 29 is een regeling opgenomen voor het verstrekken van subsidie
ten behoeve van het treffen van voorzieningen aan het bedrijfsgedeelte van
combinatiepanden, dat wil zeggen panden die door de eigenaar deels als
woning en deels voor bedrijfsdoeleinden worden gebruikt. Op basis van deze
bepaling kan subsidiëring plaatsvinden van het treffen van voorzieningen
aan panden in de Boschstraat en Haagdijk.
3. Monumenten en beeldbepalende panden (hoofdstuk III)
Dit onderdeel van de subsidieverordening dient gezien te worden als een
aanvulling op het hoofdstuk particuliere woningverbetering. Deze aanvul
lingen houden ondermeer in:
- ook eigenaren van panden, niet zijnde woningen, kunnen subsidie krijgen;
de subsidie voor woningen bedraagt maximaal 100.000, voor andere
panden maximaal 75.000,
Met het gemeentelijk monumentenbeleid kan rekening worden gehouden door
opname van de volgende bepaling in de verordening (art. 35): bij een beslis
sing op aanvragen om subsidie wordt in elk geval rekening gehouden met de
prioriteit, die het treffen van de voorzieningen in het kader van de stads
vernieuwing heeft en met de waarde van het pand als monument of als beeld
bepalend pand.
4. Slotbepalingen (hoofdstuk IV)
In artikel 36 is vastgelegd, dat voor het verstrekken van subsidie uit het
sectorbudget voor sociale en culturele instellingen de "tijdelijke subsidie
verordening sociaal-cultureel werk en emancipatie-activiteiten" van toepas
sing is.