aan de raad der
gemeente Breda
bijlage nr. 58
Ond/O/8502513 Voorstel van burgemeester en wet-
27-2-1985 houders betreffende het beschik
baar stellen van een krediet
voor de scholenbouw in de buurt
Kesteren, alsmede betreffende
onderhandse aanbesteding.
Met besluit van 22 maart 1984 heeft Uw raad besloten tot stich
ting van een openbare school voor kleuter- en lager onderwijs
in Haagse Beemden, buurt Kesteren. Vervolgens werd op 24 mei
1984 medewerking verleend voor het stichten van een r.k.
kleuter- en lagere school.
Beide scholen zijn in augustus 1984 met het onderwijs gestart,
waarbij tijdelijke huisvesting werd gevonden in een 4-tal nood-
lokalen aan het Kesterenpad. Deze huisvesting zou dienen ter
overbrugging van de periode, welke nodig is voor het realiseren
van een permanent schoolgebouw.
Intussen heeft de staatssecretaris van onderwijs en wetenschap
pen met brieven van 1 oktober 1984 en 5 november 1984 op grond
van het bepaalde in artikel E42 van de Overgangswet wet op het
basisonderwijs de verklaring van toestemming afgegeven voor de
bouw van twee achtklassige basisscholen en een gymnastieklokaal.
De gemeente zal op basis van deze verklaring aanspraak kunnen
maken op in totaal maximaal 14 vergoedingseenheden nieuwbouw
eerste voorziening in permanente bouw voor stichtingskosten ten
behoeve van het gewoon lager onderwijs, op 7 vergoedingseen
heden nieuwbouw eerste voorziening in permanente bouw voor
stichtingskosten ten behoeve van het kleuteronderwijs en op de
stichtingskostenvergoeding voor een gymnastieklokaal, A-cate
gorie
Voor het bepalen van de omvang van het te voteren krediet voor
de totale stichtingskosten van de voorgenomen scholenbouw,
inclusief gymnastieklokaal, moet als uitgangspunt worden aange
houden, dat die bouw zich strikt binnen de normen van de desbe
treffende rijksvergoedingen zal voltrekken.
Inmiddels is ons duidelijk geworden, dat nieuwe schoolgebouwen
die in de periode van 1 augustus 1985 tot 31 december 1986 in
gebruik zullen worden genomen, niet zullen vallen onder de
nieuwe bekostigingssystematiek van de Wet op het basisonder
wijs, maar dat daarvoor de huidige financieringsmethode zal
worden toegepast. Derhalve kunnen - uitgaande van realisering
