-20-
VI. Besluitvorming
a. Resultaten inspraakprocedure
Het meerjarenplan stadsvernieuwing 1985-1989 en de subsidieverordening stads
vernieuwing zijn toegestuurd respectievelijk verkrijgbaar gesteld.
Belanghebbenden hebben de gelegenheid gekregen tot 1 januari 1985 schriftelijk
te reageren.
Er is een tweetal reacties ontvangen, te weten van de Stichting Woonwinkel*
over de subsidieverordening en van het Rijkccnsulentschap voor Handel,
Ambacht en Diensten in de provincie Noord-Brabant* over het meerjarenplan
stadsvernieuwing 1985-1989.
1. Stichting Woonwinkel
De Stichting Woonwinkel deelt mee, dat de subsidieverordening en met name
het onderdeel particuliere woningverbetering met volle instemming ontvangen
is. Zij ziet de verordening als een duidelijke stimulans voor de realisatie
van de geplande werkzaamheden.
Op enkele onderdelen stelt de Woonwinkel aanvullingen voor, terwijl het
tevens wenselijk wordt geacht enkele punten in de toelichting concreet te
benoemen. Dit laatste om eventuele interpretatieproblemen in de toekomst
te voorkomen.
Een en ander betreft:
a. de maximum subsidiegrens van 45.000,zou in geval van groepsbewo-
ning overschreden moeten kunnen worden, indien daartoe naar het oordeel
van deskundigen aanleiding bestaat. In de toelichting op de algemene
afwijkingsbevoegdheid (art. 18) zou hierover een passage opgenomen
dienen te worden;
b. ook zou het op basis van de algemene afwijkingsbevoegdheid mogelijk
moeten zijn om bij complexsgewijze verbetering een speciale regeling
te treffen, wanneer één pand in een complex constructieve verbetering
behoeft, terwijl de eigenaar de financiële middelen daarvoor niet
heeft. De noodzaak tot verbetering van dat pand zou moeten voortkomen
uit de invloed van de gebreken van dat pand op de overige woningen van
dat complex;
c. in de verordening is geen bepaling opgenomen over de in de periode van
10 jaar, voorafgaande aan de subsidie-aanvraagreeds verstrekte subsi
dies. Dubbele subsidiëring zou in een periode van 10 jaar normaliter
niet mogen voorkomen;
d. er dienen met het oog op eventuele tussentijdse aanpassingen van de
verordening, kwartaalberichten over de toepassing van de verordening
te worden opgesteld;
e. in de lijst van voorzienignen (de zogenaamde klussenlijst) dienen
enkele - weinig ingrijpende - aanvullingen te worden opgenomen.
Met deze voorstellen kunnen wij instemmen, zij het onder de volgende kant
tekeningen.
Bij de onder a. en b. genoemde aanvullingen op de toelichting zal een dui
delijk stadsvernieuwingsbelang aanwezig moeten zijn. Deze situaties zijn
overigens gebonden aan een expliciet besluit van ons college. Met de
Woonwinkel zullen wij nog overleg voerer over de wijze, waarop de onder b.
genoemde speciale financiële regeling vorm kan worden gegeven.