aan de raad der
gemeente Breda
OW/8501786
6-2-1985
Voorstel van burgemeester en wethou
ders tot het ontvankelijk verklaren
van verzoekschriften om schadever
goeding als bedoeld in artikel 49 van
de Wet op de ruimtelijke ordening
De heer P.S.A. Oomes, Schubertlaan 19, de heer E.G.B. Polak, Schubertlaan 23,
de heer J.M. Reijn, Mendelssohnlaan 10 en de heer D. Juch, Ruitersboslaan 47,
allen te Breda, hebben verzoekschriften op grond van artikel 49 van de Wet
op de ruimtelijke ordening ingediend. In dit artikel wordt aangegeven, dat
onder bepaalde voorwaarden door de gemeenteraad een schadevergoeding kan
worden toegekend, indien en voorzover blijkt dat een belanghebbende ten
gevolge van de bepalingen van ->en bestemmingsplan schade lijdt of zal lijden.
Verzoekers stellen, dat zij schade hebben geleden tengevolge van de reali
sering van woonwagenstandplaatsen in de nabijheid van hun woning (waarde
vermindering onroerend goed)
In Breda geldt een verordening, die de procedure regelt bij toepassing van
artikel 49 van de Wet op de ruimtelijke ordening
Een uiteenzetting over de te volgen procedure hebben wij gegeven bij eerdere
verzoeken om planschadevergoeding (besluit van uw raad d.d. 24 mei 1984
Voordat een verzoek om schadevergoeding als bedoeld in artikel 49 van de Wet
op de ruimtelijke ordening ter advisering wordt voorgelegd aan de schadebe-
oordelingscommissiedie bij genoemd besluit van 24 mei 1984 is benoemd,
dient uw raad een besluit te nemen over de ontvankelijkheid van de verzoeken.
Dit houdt in een beoordeling van de formele vereisten waaraan voldaan moet
worden, te weten het verzoek moet aan de gemeenteraad worden gericht en
gemotiveerd zijn en er dient een geldsom van 50,te worden gestort.
Verzoekers hebben aan deze vereisten voldaan.
Wij stellen u daarom voor de heer P.S.A. Oomes, Schubertlaan 19, de heer
E.G.B. Polak, Schubertlaan 23, de heer J.M. Reijn, Mendelssohnlaan 10 en de
heer D. Juch, Ruitersboslaan 47, allen te Breda, in hun verzoekschriften
ontvankelijk te verklaren.
Wij merken hierbij op, dat dit geenszins impliceert, dat er te zijner tijd
ook een schadevergoeding zal moeten worden toegekend.
Het resultaat van de beraadslaging in de commissie wonen ligt ter inzage.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Fe ij
burgemeester.
Van den Dam
secretaris.
ligt ter visie