aan de raad der
gemeente Breda
SD/8503767
20-3-1985
Preadvies van burgemeester en
wethouders met betrekking tot de
subsidiëring van de Stichting
Vluchtelingenwerk Breda.
Inleiding
Voor de eerste opvang en begeleiding van met name individuele
asielzoekers in Breda werkt sinds enkele jaren de Stichting
Vluchtelingenwerk Breda.
De stichting, die geheel uit vrijwilligers bestaat, kreeg in
het verleden op ad hoc-basis subsidie van de gemeente.
Mede op grond van het rijksbeleid met betrekking tot de decen
tralisatie van het welzijnswerk voor minderheden, waartoe ook
de asielgerechtigde vluchtelingen worden gerekend, stellen wij
Uw raad voor om te komen tot een meer structurele vorm van sub
sidiëring van de Stichting Vluchtelingenwerk. Daarnaast wordt
tevens aan Uw raad voorgesteld om asielzoekers de mogelijkheid
te bieden deel te nemen aan educatieve activiteiten.
Achtergronden
In Breda zijn per 21 februari 1985 volgens gegevens van de
Vreemdelingenpolitie 85 vluchtelingen gehuisvest. Na de eerste
opvang begin tachtig zijn ze redelijk ingeburgerd.
In 1984 hebben wij gebruik gemaakt van een (tijdelijke) subsi
dieregeling om bij het ministerie van welzijn, volksgezondheid
en cultuur gelden aan te vragen (f 7.500,--) voor de stimu
lering van de zelf-organisatie onder deze groepering en andere
asielgerechtigde vluchtelingen. De subsidie-bijdrage is toen
aan de Stichting Vluchtelingenwerk uitgekeerd.
De subsidie-regeling duurt drie jaar in aflopende zin (dit jaar
krijgt de gemeente f 3-500,-- en in 1986 de laatste bijdrage).
Daarnaast zijn er in Breda volgens gegevens van de Vreemdelin
genpolitie momenteel 49 asielzoekers.
Voor elke asielzoeker die een status krijgt en zich voor het
eerst in een gemeente vestigt, ontvangt de gemeente in het
kader van de Faciliteitenregeling Vluchtelingen een afkoopsom
van f 5.000,-- voor maatschappelijke begeleiding en introductie
activiteiten (andere kosten zoals bijvoorbeeld inrichtingskos
ten, gebitssanering kunnen afzonderlijk bij de gemeente worden
ingediend en zijn declarabel bij het ministerie van welzijn,
volksgezondheid en cultuur).
