bi j1nr94
De vraag doet zich thans opnieuw voor of deelname van Breda
aan het R.D.K. nuttig en/of noodzakelijk is.
Naar onze mening heeft de praktijk van de afgelopen jaren
aangetoond, dat het R.D.K. een buitengewone steun kan zijn
voor het voeren van een goed beleid en een goede uitvoe
ring. De directe actievelden zijn:
a. actieve benadering in de regio van kleine ondernemers in
probleemsectoren of -gebieden;
b. regionaal adres voor informatie en begeleidende verwij
zing;
c. uitvoerende schakel in de R.O.Z. en ABW-procedure
bedrijfsbeëindigingshulp en overgangsregeling voor 58
jaar en ouder;
d. hulp bij individuele problemen rond arbeidsongeschikt
heid en herplaatsing.
Op grond van bovenstaande, niet limitatieve, opsomming van
aandachtsvelden, zijn wij van mening, dat onze gemeente
medewerking dient te verlenen aan de realisering van de doel
stellingen van het R.D.K. Het jaarverslag 1983 van de stich
ting ligt voor U ter visie in de leeskamer.
Financiën
De financiële consequenties voor de aangesloten gemeenten
belopen 10? van het nadelig exploitatiesaldo. Door het rijk
wordt 90? overgenomen.
Voor de gemeente Breda komt dit bijvoorbeeld voor 1984 neer
op 2,4 cent per inwoner. De Kamer van Koophandel verleent
een jaarlijkse bijdrage van ca. 7 cent per inwoner. Dit be
drag wordt echter als bate opgenomen, zodat daarmee bij de
bepaling van het nadelig resultaat rekening is gehouden.
De gemeente Breda maakt sedert de oprichting in 1979
feitelijk gebruik van de diensten van het R.D.K., zowel de
gemeentelijke sociale dienst als de afdeling economische
zaken ter secretarie, terwijl ook de in deze gemeente ge
vestigde ondernemers - op hun verzoek - daadwerkelijk onder
steuning hebben ontvangen.
Als zodanig achten wij het dan ook volledig verantwoord om
de gemeentelijke bijdrage met ingang van 1979 alsnog te
verlenen
De bijdragen sedert 1979 belopen:
1979:
f
1 .944,89
1980:
f
2.748,17
1981
f
2.267,18
1982:
f
2.296,92
1983:
f
nihil
1984:
f
2.800,--
Totaal: f 12.057,--
- 3 -