12 blad nr. Van de tweede groep kan gezegd worden dat eenieder het erover eens is dat een bepaald bedrijf in die vorm in de woonomgeving niet thuis hoort op grond waarvan ofwel voorzieningen getroffen moeten worden, ofwel de aktiviteit beperkt, ofwel de aktiviteit geheel verplaatst zonder dat milieuhygiënische toetsingscriteria voldoende basis zijn om net als met de eerste groep in te grijpen. Voor dergelijke situaties was de saneringsregeling bij uitstek bedoeld en zal in het fonds stadsvernieuwing als zodanig ook moeten worden gecontinueerd. 2.2. L.P.G. Met betrekking tot de L.P.G. opslagplaatsen zijn drie categorieën te onderscheiden: 1. die situaties die zo ernstig zijn dat zij op basis van de nota L.P.G. integraal van rijkswege voor sanering in aanmerking komen. De financiële middelen zijn ook van rijkswege afkomstig en het is niet ondenkbaar dat dit ingebracht gaat worden in de doeluitkering fonds stadsver nieuwing c.q. schadevergoedingsregeling Hinderwet. 2. de te saneren stations door verplaatsing zoals is aange geven in het gemeentelijk programma op basis van het vergelijkend onderzoek van Ecoplan. 100.000,is hier voor structureel op de gemeentebegroting ingeraamd. 3. de zogenaamde categorie 2a die door het college van B. en W. is opgevoerd als L.P.G.-situaties die niet om milieuhygiënische redenen voor verplaatsing in aanmerking komen maar waarvoor ingevolge het stadsvernieuwingsproces verplaatsing gewenst is. Voor zover laatstgenoemde groep niet financieel ingebracht kan worden via het gemeentelijk fonds stadsvernieuwing is opname in het programma van de doeluitkering fonds stadsvernieuwing te overwegen. 2.3. Bodemonderzoek en -sanering Onderzoek omtrent mogelijke bodemverontreiniging wordt gevraagd ten behoeve van: 1. Onderzoek ex artikel 7, besluit ruimtelijke ordening vooruitlopend op het maken van een bestemmingsplan 2. G.S. bij aanvragen om een verklaring van geen bezwaar ex artikel 19 W.R.O. 3. Aanvragen om een bijdrage geldelijke steun volkshuisvesting (gesubsidieerde woningbouw). Komen uit deze onderzoeken dusdanige verontreinigingen aan het licht dat ook om milieuhygiënische redenen sanering noodzakelijk is, dan zal opname in het bodemsaneringsprogramma ingevolge de Interimwet Bodemsanering (I.B.S.) volgen en aparte middelen van het rijk onder aftrek van drempelbijdrage en eigen bijdrage worden toegekend. Dit programma kent zijn eigen tempo en priori teitstelling die niet zal stroken met de stadsvernieuwings- en woningbouwprogrammering

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 57