aan de raad der
gemeente Breda
OW/8505122
3 april 1985
bijlage nr. 107
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot:
a. het uitvoeren van onderhouds-
en verbeteringswerken aan AO
woningen in de Kloosterlaan;
b. verbouw tot HAT-eenheden van
het pand Boschstraat 164/164a;
c. verbouw tot atelierruimten van
de panden Kloosterlaan 283,
283a en 307.
alsmede tot het aanvragen en aan
vaarden van steun uit 's rijks kas
ten behoeve van de onder a en b
genoemde activiteiten.
Op 19 januari 1984 heeft uw raad overeenkomstig onze voorstellen bijlage
nrs. 3 en 4 respectievelijk besloten tot:
1. het nemen van een aantal besluiten naar aanleiding van het advies van
de werkgroep Kloosterlaan voor de voortgang van het stadsvernieuwings
project Kloosterlaan e.o., met uitzondering van besluit nr. II van het
daarbij behorende concept-besluit;
2. het voteren van een voorbereidingskrediet van 250.000,ten behoeve
van het aanbestedingsgereed maken van de renovatieplannen Kloosterlaan
en de verbouwingen van de panden Boschstraat 164/164a tot HAT-eenheden
en van de panden Kloosterlaan 27 en 39 tot ateliers voor kunstenaars.
Aansluitend daarop heeft op 24 mei 1984 conform voorstel bijlage 175
o.m. besluitvorming plaatsgevonden met betrekking tot de vaststelling van
de gemiddelde huurprijs na renovatie voor die complexen aangekochte en te
verbeteren woningen, waarbij afgeweken wordt van het uitgangspunt van de
minimaal redelijke huur, in het algemeen, alsmede over de vaststelling van
de gemiddelde huurprijs na renovatie van de woningen welke behoren tot het
renovatiecomplex Kloosterlaan, in het bijzonder.
Ter uitvoering van deze besluiten zijn alle betrokken partijen aan de slag
gegaan en heeft het architectenbureau, het Bosch Ontwerpers Kollectief, zijn
opdracht binnen de daarin gestelde voorwaarden volbracht.
Daarbij deed zich de situatie voor dat het renovatiecomplex Kloosterlaan
in het kader van een regeling van het rijk diende te worden ontwikkeld
die afwijkend is van de regeling welke gehanteerd is in het haalbaarheids
onderzoek. Met ingang van 1 januari 1985 heeft het ministerie van VR0M
namelijk de regeling "Geldelijke steun uit 's-rijks kas op voet van de
Woningwet voor groot onderhoud en verbetering van complexen woningen van
toegelaten instellingen en gemeenten (inclusief aangekocht particulier
bezit)", de MG 83-57, van kracht doen worden.
Deze nieuwe regeling biedt in afwijking van de vorige regeling enerzijds
de mogelijkheid tot ingrijpender verbetering en anderzijds werd met deze
nieuwe regeling een nieuwe berekeningsmethodiek voor de huurverhoging ten
gevolge van de renovatie geïntroduceerd, het 1, 2, 3-systeem.