blad nr.
15
e. en f. Welzijn
1.
De jaarlijkse planning van de welzijnsvoorzieningen en activi
teiten is geregeld in de betreffende procedure- en subsidiever
ordeningen voor het sociaal-cultureel werk, sport en maat
schappelijke dienstverlening. De kinderopvang en monumentenzorg
zijn afzonderlijke regelingen. De inzet en de verdeling van
sociaal cultureel werkers is neergelegd in de nota "Plussen en
Minnen". Met deze nota wordt beoogd een nieuw en meer flexibel
stelsel van inzetcriteria voor beroepskrachten te realiseren per
1 januari 1987.
Het gaat om de werksoorten jeugd- en jongerenwerk, opbouwwerk en
club- en buurthuiswerk.
De reguliere welzijnsactiviteiten in stadsbeheergebieden worden
binnen deze geëigende kaders behandeld.
Samenhangend met stadsvernieuwing kunnen achterstanden op het
gebied van de sociaal culturele accommodaties worden aangepakt.
Van belang is daarbij om de opzet van werkwinkels en sociaal
culturele accommodaties op elkaar af te stemmen.
Ten gevolge van stadsvernieuwing ontstaan ook behoeften aan
nieuwe voorzieningen of uitbreiding van bestaande. Deze
behoeften kunnen voortkomen uit de uitbreiding van het aantal
inwoners of de gegroeide betrokkenheid van de bewoners bij het
buurtleven.
Hierdoor kan er behoefte ontstaan aan:
beter bereikbare of een groter aantal scholen;
vestiging of uitbreiding van sociaal culturele voorzie
ningen (inclusief exploitatie en beheer);
De spreiding en de prioriteiten op deze gebieden zijn echter
gerelateerd aan de betreffende sectorplanning.
In het meerjarenprogramma stadsvernieuwing moeten dan ook de
ruimtelijke gevolgen voor de accommodatiebehoeften op onder
wijsgebied worden opgenomen, zoals deze zijn vastgelegd in het
schoolspreidingsplan.
Ook de ruimte voor de sociaal (culturele) accommodaties, zoals
die binnen de sector welzijn gepland zijn, dienen in het meer
jarenprogramma stadsvernieuwing te worden meegenomen.
2. Aan stadsvernieuwing gebonden begeleiding
Naast de inzet van projectleiders is bewonersgerichte onder
steuning nodig. Het opkomen voor de belangen van bewoners, het
bundelen, initiëren en coördineren van de vragen zijn activi
teiten die tijdens het proces naar voren komen. Gezien de
omvangrijkheid en de complexiteit van deze vragen is hier
beroepsmatige ondersteuning noodzakelijk. De werksoort opbouw
werk is hiervoor het meest geschikt.